Vraag gericht aan (gouverneur / deputatie / beide):
Deputatie
Duiding provinciaal belang van de vraag:
Bevoegdheid provincie inzake erediensten
Concrete vraag:
Op 16 november van dit jaar trad het nieuwe decreet in werking dat de erkenning van de lokale geloofsgemeenschappen regelt, de verplichtingen van de besturen van de eredienst en het toezicht dat moet worden uitgeoefend.
Dit heeft gevolgen voor de erkenning van nieuwe geloofsgemeenschappen, maar ook voor de toezicht op erkende geloofsgemeenschappen. Mijn vraag gaat vooral over die laatste. De geloofsgemeenschappen die op dit moment erkend zijn, hebben vanaf de inwerkingtreding van het decreet één jaar de tijd (dus tot 16 november 2022) om zich te conformeren met de nieuwe verplichtingen. Ik denk bijvoorbeeld aan het verbod op buitenlandse financiering en buitenlandse inmenging. Ook de erediensten die al een erkenningsdossier hebben ingediend voor 1 juli 2019 krijgen een jaar de tijd om zich te conformeren aan de nieuwe erkenningsverplichtingen.
Vorig jaar had ik reeds bij u informatie hierover opgevraagd, maar nu is het allemaal concreter en actueler, daarom mijn opvolgvraag. Welke geloofsgemeenschappen die onder de provincie Oost-Vlaanderen ressorteren voldoen op het eigenste moment niet meer aan de nieuwe erkenningscriteria. Welke acties zult u hierrond ondernemen, gaat u met hen hierover in overleg?