De voorzitter bedankt Lut De Jaeger voor haar engagement als provincieraadslid.
Tussenkomsten: Geen
Aan de Provincieraad wordt het ontslag van provincieraadslid Lut De Jaeger ter kennisgeving voorgelegd.
Provinciedecreet van 9 december 2005
Huishoudelijk Reglement van de Provincieraad van 23 februari 2022
Ontslagbrief van provincieraadslid Lut De Jaeger van 1 augustus 2022
De Provincieraad van Oost-Vlaanderen neemt kennis van het ontslag van provincieraadslid Lut De Jaeger m.i.v. 1 augustus 2022
De voorzitter heeft bij lottrekking volgende raadsleden uitgekozen voor de commissie die de geloofsbrieven onderzoekt:
- Annemie Charlier
- An Vervliet
- Stefaan Van Gucht
- Filip Liebaut
- Eric Scheire
De voorzitter schorst de zitting tijdens het onderzoek door de commissie.
De voorzitter heropent de zitting. De secretaris van de commissie, Annemie Charlier, leest de resultaten van het onderzoek voor.
De voorzitter legt dit voor ter stemming.
Na goedkeuring van het onderzoek van de geloofsbrieven, legt Erwin Goethals de eed af als provincieraadslid.
De voorzitter heet het nieuw provincieraadslid welkom.
Bij brief van 1 augustus 2022 nam Lut De Jaeger ontslag als provincieraadslid. Overeenkomstig artikel 16 van het provinciedecreet van 9 december 2005 wordt het provincieraadslid dat ontslag genomen heeft, vervangen door zijn opvolger, die wordt aangewezen overeenkomstig het Lokaal en Provinciaal Kiesdecreet van 8 juli 2011.
Uit de resultaten van de provincieraadsverkiezingen van 2018 van het kiesarrondissement Gent blijkt dat Erwin Goethals de eerstvolgende opvolger is voor de lijst Groen. Erwin Goethals heeft per mail aan de voorzitter van de provincieraad bevestigd het mandaat van provincieraadslid te willen opnemen.
Op de provincieraad van 7 september 2022 wordt een bijzondere commissie van 5 leden uit het kiesarrondissement Dendermonde - Sint-Niklaas bij lottrekking aangeduid voor het onderzoek van de geloofsbrieven van Erwin Goethals.
Het resultaat van het onderzoek wordt ter stemming voorgelegd aan de provincieraad.
Bij goedkeuring van het resultaat door de provincieraad volgt de eedaflegging van het verkozen provincieraadslid.
Provinciedecreet van 9 december 2005
Lokaal en Provinciaal Kiesdecreet van 8 juli 2011
Huishoudelijk Reglement van de Provincieraad van 23 februari 2022
De provincieraad van Oost-Vlaanderen keurt het resultaat van het onderzoek van de geloofsbrieven van Erwin Goethals door de bijzondere commissie goed.
De provincieraad van Oost-Vlaanderen neemt akte van de eedaflegging van Erwin Goethals als provincieraadslid van de provincie Oost-Vlaanderen.
Tussenkomsten: geen
Door de eedaflegging van Erwin Goethals als provincieraadslid ter vervanging van ontslagnemend provincieraadslid Lut De Jaeger wijzigt de samenstelling van de Groen-fractie. De Groen-fractie heeft aan de voorzitter van de provincieraad schriftelijk de nieuwe samenstelling van de Groen-fractie in de provincieraad meegedeeld. De provincieraad neemt hiervan akte.
Ook de samenstelling van de beleidscommissies wijzigt wat betreft de mandaten die toekomen aan de Groen-fractie. De akte van voordracht ontvangen door de voorzitter van de provincieraad vanwege de Groen-fractie wordt aan de provincieraad voorgelegd ter akteneming.
Provinciedecreet van 9 december 2005
Huishoudelijk Reglement van de Provincieraad van 23 februari 2022
De provincieraad van Oost-Vlaanderen neemt akte van de gewijzigde samenstelling van de Groen-fractie in de provincieraad.
De provincieraad van Oost-Vlaanderen neemt akte van de gewijzigde samenstelling van de provincieraadscommissies wat betreft de mandaten die toekomen aan de Groen-fractie.
Tussenkomsten: geen
Op waterlopen OS012 en OS013 van 2de categorie te Kruibeke (Bazel) treedt meerdere malen per jaar wateroverlast op. Concreet worden er regelmatig verschillende huizen bedreigd en dienen ze beschermd te worden door de bewoners met zandzakken. Ook de Gauwstraat, Kerkstraat en Portugezenstraat komen onder water. In de opvolgvergaderingen n.a.v. de wateroverlast in januari en juni 2016 drong de gemeente Kruibeke aan op maatregelen om de kans op wateroverlast te verkleinen.
Volgende knelpunten dienen weggewerkt te worden op waterloop nr. OS012:
Voor waterloop OS013 moeten er individuele beschermingsmaatregelen voor de woningen gelegen aan de Portugezenstraat nrs. 15 en 20B te Kruibeke genomen worden. Deze woningen zijn laaggelegen en kampen met wateroverlast door het buiten zijn oevers treden van waterloop nr. OS013.
In zitting van 6 april 2017 werd studiebureau SWBO uit Dendermonde aangesteld om een ontwerp voor deze werken op te maken. Naast de opmaak van het ontwerp voor de werken werd het studiebureau ook belast met het opmaken van een onteigeningsplan voor de herprofilering van de bestaande en de nieuw aan te leggen waterloop, het leiden van en toezicht houden op de uitvoering van de werken, de veiligheidscoördinatie ontwerp en bijkomende topografische opmetingen.
De raming van de totale kostprijs van het project is opgenomen in de bijlage en is t.o.v. de vorige raming toegenomen met bijna 20%. Van het totale bedrag is ongeveer 90% ten laste van het provinciebestuur en 10% ten laste van het gemeentebestuur. Voor een deel van de kosten die ten laste van het gemeentebestuur zijn, nl. het vernieuwen van de overwelvingen op waterlopen OS012 en OS013, kan het gemeentebestuur een subsidieaanvraag indienen bij ons bestuur. Op vraag van de gemeente werd nog een kleine ingreep in de Kerkstraat mee ontworpen, deze is volledig ten laste van het gemeentebestuur.
Ons bestuur treedt op als bouwheer. In een samenwerkingsovereenkomst wordt de samenwerking voor deze werken tussen de gemeente Kruibeke en ons bestuur geregeld. De aannemer dient de facturen rechtstreeks aan het provinciebestuur of het gemeentebestuur over te maken voor de delen die ter hunner laste zijn.Provinciedecreet van 9 december 2005 en latere wijzigingen.
Wet van 28 december 1967 betreffende de onbevaarbare waterlopen.
Decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018.
Wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten.
Wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies.
Koninklijk Besluit van 18 april 2017 plaatsing overheidsopdrachten in de klassieke sectoren.
Koninklijk Besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten.
Goedkeuring wordt verleend aan het aangepast ontwerp (raming, bestek, meetstaat, ontwerpplannen, bodemhygiënisch onderzoek en conformverklaring, veiligheids- en gezondheidsplan) voor de saneringswerken aan waterlopen OS012 en OS013 te Kruibeke.
Bovengenoemde opdracht zal worden gegund d.m.v. een openbare procedure.
Goedkeuring wordt verleend aan de samenwerkingsovereenkomst met de gemeente Kruibeke. De Deputatie wordt gemachtigd om de samenwerkingsovereenkomst te ondertekenen.
De uitgave voor deze opdracht wordt voorzien op budgetcode 2022/226007/04/0319: waterlopen en wachtbekkens: in aanbouw/overig waterbeheer (actie A000010: Het aanleggen of bouwen van nieuwe waterbouwkundige infrastructuur voor de aanpak van wateroverlast en droogteproblematiek - raming R000033) van het budgetjaar 2022.
Tussenkomsten: raadsleden Bruno Matthys, Olaf Evrard
Gedeputeerde Leentje Grillaert reageert namens de deputatie.
Team Mondiale Solidariteit stelt een beperkte aanpassing van het reglement voor. Deze aanpassingen dienen om het reglement verder te verduidelijken voor de doelgroep en houden tevens rekening met het huidige communicatiebeleid van de Provincie Oost-Vlaanderen.
Voorgesteld wordt om volgende artikelen van het reglement aan te passen:
Provinciedecreet van 9 december 2005.
Wet van 14 november 1983 betreffende de controle op de toekenning en op de aanwending van sommige toelagen.
Bestuursakkoord 2019-2024 van de Provincie Oost-Vlaanderen.
Reglement van 12 oktober 2005 met betrekking tot de controle op de toekenning en op de aanwending van toelagen en de reservevorming met provinciale subsidies.
Reglement van 16 oktober 2019 met betrekking tot de subsidiëring vanHet reglement met betrekking tot de subsidiëring van projecten in landen in ontwikkeling (DAC) met draagvlak in de provincie Oost-Vlaanderen wordt vastgesteld als volgt:
Het reglement met betrekking tot de subsidiëring van projecten in landen in ontwikkeling (DAC) met draagvlak in de provincie Oost-Vlaanderen
Artikel 1 – Definities
Voor de toepassing van dit reglement wordt verstaan onder:
1° landen in ontwikkeling: de landen die opgenomen zijn op de lijst van ontvangende landen, opgenomen als bijlage bij de Richtlijn van het Development Assistance Committee (DAC) van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) aangaande rapportering over ODA (officiële ontwikkelingssamenwerking). Deze landen worden ook “DAC-landen” genoemd;
2° project: een afgebakend geheel van activiteiten, beperkt in de tijd;
3° samenwerkingspartners: de verschillende actoren in de landen in ontwikkeling waarmee de aanvrager van de subsidie samenwerkt om het voorgestelde project te realiseren. Samenwerkingspartners in landen in ontwikkeling kunnen onder andere zijn: niet-gouvernementele organisaties, vakbonden, private instellingen en lokale en regionale besturen;
4° aanvraagjaar: het kalenderjaar waarin de aanvraag van de subsidie wordt ingediend;
5° vorig kalenderjaar: het kalenderjaar voorafgaand aan het aanvraagjaar;
6° uitvoeringsjaar: het kalenderjaar waarin het project wordt uitgevoerd. Dit is het kalenderjaar volgend op het aanvraagjaar;
7° Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen (SDG's - Sustainable Development Goals): een reeks doelstellingen aangenomen door de algemene vergadering van de VN als onderdeel van de Agenda 2030 voor Duurzame Ontwikkeling. In de periode van 2015 tot 2030 vormen de 17 SDGs, gekoppeld aan 169 targets, een actieplan om de mensheid te bevrijden van armoede en de planeet terug op de koers richting duurzaamheid te plaatsen. De doelen zijn één en ondeelbaar en reflecteren de drie dimensies van duurzame ontwikkeling: het economische, het sociale en het ecologische aspect;
8° feitelijke vereniging: elke vereniging zonder rechtspersoonlijkheid van 2 of meer natuurlijke personen die in onderling overleg een activiteit organiseren met het oog op de verwezenlijking van een onbaatzuchtige doelstelling, met uitsluiting van enige winstverdeling onder haar leden en bestuurders, en die een rechtstreekse controle uitoefenen op de werking van de vereniging;
9° organisatie: elke rechtspersoon of feitelijke vereniging, in België of in de landen in ontwikkeling, die geen aanvrager van de subsidie is.
Artikel 2 – Voorwerp
Binnen de perken van de daartoe goedgekeurde raming in het meerjarenplan van de Provincie Oost-Vlaanderen en overeenkomstig de bepalingen van dit reglement, kan de deputatie subsidies toekennen voor projecten in landen in ontwikkeling die mee worden gedragen door rechtspersonen, feitelijke verenigingen of lokale besturen in de provincie Oost-Vlaanderen. Dit reglement kadert binnen de beleidsdoelstelling van de directie Economie, dienst Economie, Europese & Internationale samenwerking rond het realiseren van mondiale solidariteit en het bijdragen aan duurzame ontwikkeling in het kader van Agenda 2030 en de SDG’s, en is complementair aan het reglement van de Provincie Oost-Vlaanderen voor de regiogerichte Noord-Zuidsamenwerking. Beide reglementen zijn gericht op directe lotsverbetering en maatschappelijke emancipatie van de betrokken doelgroepen en willen bijdragen tot de verbreding van het draagvlak voor internationale solidariteit en directe verbondenheid met de landen in ontwikkeling.
Artikel 3 – Aanvraagcriteria
Om in aanmerking te komen voor subsidie moet aan de volgende cumulatieve criteria zijn voldaan:
1° indien de aanvrager van de subsidie een rechtspersoon is, moet zijn zetel zich bevinden op het grondgebied van de provincie Oost-Vlaanderen;
2° indien de aanvrager van de subsidie een feitelijke vereniging is, moeten minstens twee natuurlijke personen met woonplaats in de provincie Oost-Vlaanderen de aanvraag ondertekenen. Zij moeten een attest van de bank voorleggen waaruit het bankrekeningnummer van de feitelijke vereniging blijkt;
3° indien de aanvrager een Oost-Vlaams lokaal bestuur of intergemeentelijke samenwerking is, moeten zij respectievelijk het gemeenteraadsbesluit of de gemeenteraadsbesluiten, waarin de ondersteuning aan het project wordt goedgekeurd, voorleggen;
4° het project wordt uitgevoerd in een DAC-land;
5° de aanvrager van de subsidie moet een rechtstreekse band hebben met de samenwerkingspartner(s) en moet het gesubsidieerde project zelf opvolgen. Dit wordt bewezen door schriftelijke bewijsstukken waaruit zijn rechtstreekse communicatie en betrokkenheid met de samenwerkingspartner(s) blijkt.
Artikel 4 – Aanvraagprocedure
De aanvraag van de subsidie moet voor 15 november van het aanvraagjaar, via het daartoe bestemde aanvraagformulier, digitaal worden ingediend bij de deputatie van de Provincie Oost-Vlaanderen via mondialesamenwerking@oost-vlaanderen.be. De datum van ontvangst van de email geldt als bewijs van de datum van indiening.
Per aanvrager van de subsidie kan er slechts 1 aanvraag per aanvraagjaar worden ingediend.
Het dossier van de aanvraag moet steeds in het Nederlands worden opgesteld, waarbij de bedragen steeds in euro moeten worden vermeld. Dit dossier moet minstens volgende stukken bevatten:
1° een volledig ingevuld aanvraagformulier;
2° indien de aanvrager van de subsidie een feitelijke vereniging is: de namen, adressen en functies van de 2 natuurlijke personen die de aanvraag ondertekenen en een attest van de bank waaruit het bankrekeningnummer van de feitelijke vereniging blijkt;
3° een bewijsstuk van de rechtstreekse communicatie tussen de aanvrager van de subsidie en de samenwerkingspartner(s).
Uiterlijk tegen 31 december wordt de aanvrager van de subsidie schriftelijk meegedeeld of zijn dossier al dan niet volledig is. Indien het dossier niet volledig is, moet de aanvrager van de subsidie binnen de 10 werkdagen alle bijkomende informatie verstrekken en alle bijkomende stukken voorleggen. Indien de aanvrager van de subsidie geen tijdig en passend gevolg geeft aan dit verzoek, wijst de deputatie de aanvraag af als onontvankelijk.
De aanvraag geldt voor 1 kalenderjaar. Op basis van een jaarlijkse aanvraag en een positieve jaarlijkse evaluatie kan het project in totaal 3 kalenderjaren worden gesubsidieerd.
Artikel 5 – Subsidiecriteria
Om in aanmerking te komen voor subsidie moet de aanvraag minimaal beantwoorden aan volgende criteria:
§1. Criteria voor het project in het land in ontwikkeling:
1° inbedding in de lokale context, geïntegreerd in de lokale ontwikkelingsstrategie:
2° versterking van de samenwerkingspartner:
3° het project draagt bij tot duurzame ontwikkeling:
4° participatie van de doelgroep: de mensen met wie er gewerkt wordt, hebben inspraak in de planning en de uitvoering van het project. De graad van participatie kan verschillen van gehoord worden tot regelmatig geconsulteerd worden naar betrokken worden in de analyse, planning en uitvoering van het project;
5° ervaringsuitwisseling en samenwerking: gezamenlijk leren en ervaringsuitwisseling, zowel met organisaties in België als tussen organisaties in de landen in ontwikkeling onderling.
§2. Criteria voor het draagvlak in de provincie Oost-Vlaanderen:
1° de aanvrager van de subsidie heeft een actieve werking ter verbreding van het draagvlak voor internationale solidariteit in de provincie Oost-Vlaanderen en organiseert activiteiten gericht naar het brede publiek, waarbij hij dit project, en de ondersteuning door de Provincie Oost-Vlaanderen, onder de aandacht brengt;
2° het project wordt gedragen door:
- een steun- of solidariteitsgroep van vrijwilligers die het project uitdragen in de provincie Oost-Vlaanderen;
3° de aanvrager van de subsidie werkt samen met andere organisaties in de provincie Oost-Vlaanderen en is ingebed in het bredere veld van de mondiale solidariteitsorganisaties en de gemeentelijke raden voor ontwikkelingssamenwerking (GROS) in de provincie Oost-Vlaanderen;
4° de aanvrager zoekt actief naar samenwerking met organisaties van mensen die zich vanuit hun migratieachtergrond in Oost-Vlaanderen verenigen;
5° de aanvrager van de subsidie neemt deel aan of verleent zijn medewerking aan het organiseren van vormingsmomenten en activiteiten met het oog op ervaringsuitwisseling.
Artikel 6 – Beslissingsprocedure
De aanvragen van de subsidie worden op voorhand onderzocht door de directie Economie, dienst Economie, Europese & Internationale samenwerking en getoetst aan de subsidiecriteria zoals omschreven in artikel 5.
Vervolgens legt deze directie een gemotiveerd voorstel voor aan de deputatie, waarbij de aanvragen worden ingedeeld in 4 categorieën (A,B,C,D), afhankelijk van de mate waarin zij voldoen aan de subsidiecriteria:
1° categorie A: aanvragen die in belangrijke mate beantwoorden aan de subsidiecriteria;
2° categorie B: aanvragen die in voldoende mate beantwoorden aan de subsidiecriteria;
3° categorie C: aanvragen die minimaal beantwoorden aan de subsidiecriteria;
4° categorie D: aanvragen die onvoldoende beantwoorden aan de subsidiecriteria. Deze aanvragen komen bijgevolg niet in aanmerking voor een subsidie.
Voor 1 april van het uitvoeringsjaar beslist de deputatie over de aanvragen van de subsidie op basis van de subsidiecriteria zoals omschreven in artikel 5.
Artikel 7 – Bedrag van de subsidie
De deputatie kent aan de aanvrager een subsidie toe, met dien verstande dat:
1° het bedrag van de subsidie voor projecten in categorie A maximum 7.000 EUR bedraagt; 2° het bedrag van de subsidie voor projecten in categorie B maximum 5.000 EUR bedraagt; 3° het bedrag van de subsidie voor projecten in categorie C maximum 3.000 EUR bedraagt.
De deputatie bepaalt het exacte bedrag van de subsidie. Indien het beschikbare krediet ontoereikend is, wordt de subsidie evenredig verminderd in functie van het aantal ingediende aanvragen.
Artikel 8 – Modaliteiten van uitbetaling
De subsidie wordt als volgt uitbetaald:
1° voor nieuwe projecten wordt de subsidie in 1 maal uitbetaald na de beslissing van de deputatie zoals omschreven in artikel 6, laatste lid;
2° voor verlengde projecten wordt de subsidie in 2 schijven uitbetaald:
De subsidie wordt steeds gestort op de bankrekening van de aanvrager van de subsidie.
Artikel 9 – Aanwending van de subsidie
De subsidie is enkel bestemd voor de kosten van het project in de landen in ontwikkeling.
Volgende kosten komen niet in aanmerking voor subsidie:
1° reis- en andere kosten van de aanvrager van de subsidie en lonen van buitenlandse coöperanten;
2° kosten voor het optrekken van nieuwe gebouwen komen niet in aanmerking voor subsidie, behalve indien deze gebouwen, die reeds eerder door de Provincie Oost-Vlaanderen werden gesubsidieerd, ten gevolge van een natuurramp moeten worden heropgebouwd.
Volgende kosten komen in aanmerking voor subsidie:
1° kosten voor renovatie- en herstelwerken en beperkte uitbreidingswerken komen in aanmerking voor maximum 50% van het bedrag van de subsidie;
2° water- en sanitaire voorzieningen, andere nutsvoorzieningen en landbouwinfrastructuur.
In totaal mag maximum 80% van de totale kost van het project via deze subsidie worden gesubsidieerd.
Een subsidie, verleend op basis van dit reglement, mag worden gecumuleerd met een andere subsidie van de Provincie Oost-Vlaanderen of met een gelijkaardige subsidie van een andere overheid, op voorwaarde dat dezelfde kosten geen twee maal gesubsidieerd worden.
Artikel 10 – Verbintenissen van de aanvrager van de subsidie
De aanvrager van de subsidie verbindt zich ertoe:
1° de administratie te voeren volgens de daartoe bestemde formulieren;
2° een eventuele wijziging van de aanvangs- en einddatum van het project mee te delen, een eventuele herbestemming van middelen voor te leggen;
3° de samenwerking met de Provincie Oost-Vlaanderen en het logo van de Provincie Oost-Vlaanderen op herkenbare wijze te vermelden en aan te brengen op alle communicatie die wordt gevoerd met betrekking tot het project. De aanvrager kan de nodige communicatiematerialen aanvragen via mondialesamenwerking@oost-vlaanderen.be of rechtstreeks via het team mondiale solidariteit;
4° mee te werken aan publieksactiviteiten van de Provincie Oost -Vlaanderen met betrekking tot draagvlakverbreding rond mondiale solidariteit en waar mogelijk de Provincie Oost-Vlaanderen te informeren over activiteiten met betrekking tot het project;
5° bij ontwikkeling van educatieve materialen het documentatiecentrum Mondiale Solidariteit van de Provincie Oost-Vlaanderen te betrekken. Materialen ontwikkeld voor het brede publiek ter beschikking te stellen in samenwerking met het documentatiecentrum Mondiale Solidariteit.
Artikel 11 – Controle en sancties
De Provincie Oost-Vlaanderen heeft het recht om de aanwending van de subsidies te (laten) controleren op basis van het Reglement van 12 oktober 2005 met betrekking tot de controle op de toekenning en op de aanwending van toelagen en de reservevorming met provinciale subsidies. Dit reglement bevat, afhankelijk van het bedrag van de subsidie, de controlemechanismen en een opsomming van de stukken die in functie van de financiële controle minimaal moeten worden ingediend ter verantwoording van de subsidie.
De aanvrager van de subsidie moet bovendien de nodige verantwoordingsfiches in het Nederlands en met de bedragen in euro digitaal indienen, met dien verstande dat:
1° aflopende projecten moeten financieel en inhoudelijk worden verantwoord vóór 31 augustus van het kalenderjaar, volgend op het uitvoeringsjaar;
2° verlengde projecten moeten als volgt worden verantwoord:
Indien blijkt dat onjuiste gegevens werden opgenomen in de aanvraag van de subsidie of in de in te dienen stukken of indien blijkt dat dit reglement niet correct werd nageleefd, kan de deputatie, onverminderd de 2 vorige leden, de toegekende subsidie geheel of gedeeltelijk terugvorderen.
Misbruik kan aanleiding geven tot uitsluiting van toekomstige subsidies van de Provincie Oost-Vlaanderen.
Artikel 12 – Betwistingen
De deputatie beslist over alle betwistingen met betrekking tot de toepassing van dit reglement.
Artikel 13 – Slotbepalingen
Het reglement van 16 oktober 2019 met betrekking tot de subsidiëring van projecten in landen in ontwikkeling (DAC) met draagvlak in de provincie Oost-Vlaanderen wordt opgeheven.
Dit reglement treedt in werking op 7 september 2022.
Bij wijze van overgangsmaatregel worden de aanvragen van de subsidie waarover de deputatie nog geen beslissing heeft genomen op de datum van inwerkingtreding van dit reglement, verder afgehandeld volgens het reglement van 16 oktober 2019 met betrekking tot de subsidiëring van projecten in landen in ontwikkeling (DAC) met draagvlak in de provincie Oost-Vlaanderen.
De voorzitter geeft de provincieraad mee dat de stemming zal gebeuren inclusief de verbetering van volgende materiële fouten:
• In het gehele besluit: de benaming van de fietssnelweg ‘F6’ wordt vervangend door ‘F7’.
• In artikel 1: De zinsnede ‘Aan de provincieraad wordt gevraagd akkoord te gaan’ wordt vervangen door: ‘De provincieraad gaat akkoord’.
Tussenkomst: raadslid Kenneth Taylor
Gedeputeerde Riet Gillis reageert namens de deputatie.
Een uitzonderlijke regeling dient getroffen te worden in de vernieuwing van de toplaag (kostenraming 150.000 euro) en zal gelijk worden verdeeld onder de drie betrokken bestuursniveaus, wat op basis van de raming neerkomt op een bijdrage van circa 50 000 EUR vanuit Vlaanderen, Provincie Oost-Vlaanderen en de Stad Gent.
Noch de provincie noch MOW kunnen op de klassieke middelen van het fietsfonds beroep doen gezien deze verharding al gesubsidieerd is geweest.
Het betreft een afwijking op het subsidiereglement. Deze tussenkomst moet aldus nominatief door de provincieraad worden toegekend.
Gezien de specifieke situatie en het verkregen akkoord van Erfgoed tot vervanging van de halfverharding, stel de dienst mobiliteit voor 1/3 van de kosten te dragen.
Minister Peeters heeft haar akkoord gegeven voor een tussenkomst van 1/3 voor de vervanging van de halfverharding door een duurzame verharding in kws afgewerkt met een bestrijking op basis van het steenslagtype Markies.
Na akkoord van de 3 partijen zal een samenwerkingsovereenkomst worden gemaakt en aan de deputatie worden voorgelegd waarin tevens de taakverdeling zal worden vastgelegd met betrekking tot ontwerp, aanbesteding en uitvoering.
Provinciedecreet van 9 december 2005 en latere wijzigingen.
De provincieraad gaat akkoord met een tussenkomst van 1/3 van de kosten voor de vervanging van de verharding op de FSW F7 ter hoogte van het Parkbos meer bepaald vanaf de Parkbosbrug tot de Klossestraat.
De deputatie te machten tot realisatie van dit dossier.
Tussenkomsten: geen
Op 27 februari 2019 duidde de provincieraad 4 effectieve vertegenwoordigers en 4 plaatsvervangende vertegenwoordigers aan voor de algemene vergadering van de vzw Regionaal Landschap Meetjesland. Tevens werd raadslid Lut De Jaeger voorgedragen als kandidaat-voorzitter voor de raad van bestuur van de vzw Regionaal Landschap Meetjesland.
Lut De Jaeger heeft haar ontslag ingediend als provincieraadslid, waardoor haar mandaat van rechtswege wordt beëindigd.
De statuten van de vzw werden op 30 juli 2021 aangepast aan het nieuwe Wetboek van Vennootschappen en Verenigingen. Artikel 9 van de statuten bepaalt dat de Provincie 2 effectieve vertegenwoordigers en 2 plaatsvervangende vertegenwoordigers in de Algemene Vergadering mag aanduiden. In de vorige versie van de statuten was dit nog 4 effectieve vertegenwoordigers en 4 plaatsvervangende vertegenwoordigers. De vertegenwoordiging vanuit de Provincie in de vzw Regionaal Landschap Meetjesland dient dus aangepast te worden.
De mandaten van de 4 effectieve vertegenwoordigers en 4 plaatsvervangende vertegenwoordigers dienen beëindigd te worden en in de algemene vergadering dienen 2 effectieve vertegenwoordigers en 2 plaatsvervangende vertegenwoordigers te worden aangeduid.
Ook voor het bestuursorgaan van de vzw dient een voordracht te gebeuren (tevens kandidaat-voorzitter overeenkomstig artikel 25, 4e lid van de statuten).
Provinciedecreet van 9 december 2005;
Statuten van de vzw Regionaal Landschap Meetjesland van 30 juli 2021;
Provincieraadsbesluit van 27 februari 2019 met betrekking tot vernieuwing mandaten: aanduiding vertegenwoordiging in de Algemene Vergadering en Raad van Bestuur van het Regionaal Landschap Meetjesland.
De mandaten van de effectieve en plaatsvervangende vertegenwoordigers van de Provincie Oost-Vlaanderen in de algemene vergadering van de vzw Regionaal Landschap Meetjesland, zoals bepaald in het provincieraadsbesluit van 27 februari 2019 met betrekking tot vernieuwing mandaten: aanduiding vertegenwoordiging in de Algemene Vergadering en Raad van Bestuur van het Regionaal Landschap Meetjesland worden beëindigd.
Voor de algemene vergadering van de vzw Regionaal Landschap Meetjesland worden volgende personen aangeduid als effectieve vertegenwoordigers voor de Provincie Oost-Vlaanderen:
1) Erwin Goethals
2) Eric ScheireVoor de algemene vergadering van de vzw Regionaal Landschap Meetjesland worden volgende personen aangeduid als plaatsvervangende vertegenwoordigers voor de Provincie Oost-Vlaanderen:
1) Riet Gillis
2) Henk Heyerick
Voor het bestuursorgaan van de vzw Regionaal Landschap Meetjesland wordt Erwin Goethals voorgedragen (tevens kandidaat-voorzitter).
Een afschrift van dit besluit zal bezorgd worden aan het bestuursorgaan van de vzw Regionaal Landschap Meetjesland.
Tussenkomsten: geen
Planningscontext
Binnen het stedelijk gebied van Oudenaarde is er bijna geen ruimte meer voor (regionale) bedrijvigheid. Om de rol van Oudenaarde als bovenlokale tewerkstellingspool te kunnen blijven waarmaken, is het belangrijk dat (regionale) bedrijven een plaats blijven vinden binnen het stedelijk gebied.
Bijkomende inname van ruimte is de grote uitzondering volgens het voorontwerp provinciaal beleidsplan ruimte ‘Maak ruimte voor Oost-Vlaanderen 20-50’. Er wordt dan ook expliciet niet ingezet op het substantieel aansnijden van open ruimte buiten het stedelijk gebied voor de realisatie van bijkomende regionale bedrijventerreinen. In de eerste plaats wordt ingezet op een verhoging van het ruimtelijk rendement op de bestaande (regionale) bedrijventerreinen binnen het stedelijk gebied. Het gaat over het activeren van restpercelen, het vermijden van zonevreemde handelsactiviteiten, het toestaan van hogere bebouwing en kleinere units, een multifunctionelere invulling, … Ook kansen om bestaande (regionale) bedrijventerreinen klimaatgezonder te maken worden aangegrepen. Slecht gelegen aanbod voor regionale bedrijvigheid buiten het stedelijk gebied wordt binnen deze planningscontext geschrapt.
In 2009 werd het provinciaal ruimtelijk uitvoeringsplan (PRUP) 'Afbakening kleinstedelijk gebied Oudenaarde' met verschillende deelplannen goedgekeurd. De Raad van State vernietigde nadien de deelplannen die te maken hadden met ruimte voor regionale bedrijvigheid. In 2015 werd het PRUP ‘Coupure’ opnieuw goedgekeurd. De Raad van State vernietigde echter ook dat plan. Dat heeft tot gevolg dat de feitelijke invulling van het terrein ‘Coupure’ op vandaag niet overeenkomt met de bestemming. Hiervoor dringt er zich dus een oplossing op.
Planinhoud
Het PRUP ‘Bedrijvigheid Oudenaarde’ bestaat uit volgende twee deelplannen:
Deelplan 1 ‘Hauwaart-Varent’ ligt in het oosten van het grondgebied van de stad Oudenaarde, nabij de grens met de gemeente Horebeke. Het deelplan ligt in het buitengebied, langs het gedeelte van de N8 tussen Oudenaarde en Brakel.
De oppervlakte van plangebied 1 ‘Hauwaart-Varent’ bedraagt 13,52 ha.
Het is ruimtelijk ongewenst om buiten het kleinstedelijk gebied nieuwe regionale bedrijvigheid te ontwikkelen. Het bedrijventerrein Hauwaart-Varent ligt buiten het kleinstedelijk gebied en is op het gewestplan bestemd als ‘gebied voor milieubelastende industrie’. De bestaande Brouwerij Roman krijgt ruimtelijk gemotiveerde ontwikkelingsmogelijkheden en de andere bestaande harde functies binnen het gebied (een lokaal bedrijfsgebouw en een villa) krijgen een gepaste bestemming. Het resterende niet-ingevulde gedeelte van het bedrijventerrein (ca. 5 ha) wordt herbestemd naar open ruimte (‘agrarisch gebied’ en/of ‘gemengd openruimtegebied’).
Deelplan 2 ‘Coupure’ ligt in het westen van het grondgebied van de stad Oudenaarde, nabij de grens met de gemeente Wortegem-Petegem. Het deelplan ligt ten zuidwesten van het centrum van Oudenaarde. Het is omgeven door de N453 (Minderbroedersstraat) in het noorden, de N60 in het oosten, de Schelde in het zuiden en de Langemeersen in het westen.
De oppervlakte van plangebied 2 ‘Coupure’ bedraagt 42,54 ha.
Vanuit planologisch oogpunt is het terrein Coupure geen regionaal bedrijventerrein en maar deels bestemd voor gemeenschapsvoorzieningen. Op het terrein Coupure zijn de bestaande bedrijven en gemeenschapsvoorzieningen echter wel vergund. Er is geen terugwerkende kracht bij vergunningen. Afgeleverde vergunningen bestaan dus nog weldegelijk en zijn wettig en onaantastbaar. De bedrijven en gemeenschapsvoorzieningen kunnen minstens blijven bestaan. De plandoelstelling is om de feitelijke vergunde situatie in lijn te brengen met de planologische en daarbij na te gaan welke ontwikkelingsperspectieven bijkomend kunnen worden aanvaard.
Procesnota
De basis voor het voeren van het geïntegreerde planningsproces voor het PRUP 'Bedrijvigheid Oudenaarde' is de informatieve en evolutieve procesnota (update-datum: 11/08/22, gevoegd als bijlage bij dit besluit).
Aangevulde scopingnota
De inhoudelijke basis voor het PRUP 'Bedrijvigheid Oudenaarde' is de aangevulde scopingnota (update-datum: 11/08/22, gevoegd als bijlage bij dit besluit).
Aangepast ontwerp plan-MER
Voor het PRUP 'Bedrijvigheid Oudenaarde' werd een aangepast ontwerp planmilieueffectenrapport (plan-MER) opgemaakt (gevoegd als bijlage bij dit besluit).
Ontwerp PRUP
Voor het PRUP 'Bedrijvigheid Oudenaarde' ligt momenteel het ontwerp (gevoegd als bijlage bij dit besluit) voor voorlopige vaststelling voor. Zoals voorzien in de VCRO bestaat het ontwerp PRUP uit:
Sturen naar Vlaamse regering
Zoals art. 2.2.15 §1, 2de lid van de VCRO bepaalt, worden het ontwerp PRUP en het aangepast ontwerp plan-MER na de voorlopige vaststelling onmiddellijk naar de Vlaamse regering gestuurd.
De provincieraad stelt het ontwerp provinciaal ruimtelijk uitvoeringsplan (PRUP) 'Bedrijvigheid Oudenaarde', zoals gevoegd als bijlage bij dit besluit, en het bijhorende aangepast ontwerp planmilieueffectenrapport (plan-MER), zoals gevoegd als bijlage bij dit besluit, voorlopig vast.
Het ontwerp PRUP 'Bedrijvigheid Oudenaarde' en het bijhorende aangepast ontwerp plan-MER worden onmiddellijk naar de Vlaamse regering gestuurd.
Een digitaal afschrift van dit besluit wordt verstuurd naar de leden van het planteam voor het PRUP ‘Bedrijvigheid Oudenaarde’ en de leden van de stuurgroep ‘Bedrijvigheid Oudenaarde'.
Tussenkomsten: geen
Het energielandschap Waasland is het eindverhaal van de RRES: Regionale Ruimtelijke Energievisie & Strategie. Het is de strategie die het energielandschap in de praktijk moet brengen. Het is van belang om de de tussentijdse resultaten ter kennis te brengen aan de raad omdat uit deze de uiteindelijke ruimtelijke visie, het afwegingskader en het actieprogramma voort zullen vloeien.
Ook het communicatieplan is een belangrijk tussentijds resultaat, hieruit zullen verschillende acties voort vloeien. Het zal op termijn ook kunnen vervellen tot het communicatieplan i.k.v. de realisatie van het Energielandschap.
Het Provinciedecreet van 9 december 2005 en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 42 en 43, § 2, 11°, betreffende de bevoegdheden van de provincieraad.
Besluit van de provincieraad van 15 oktober 2020 waarin de voorwaarden voor het aanstellen van een (consortium van) bureau(s) voor de dienstenopdracht “Opmaak & Ontwerp van een Regionale Ruimtelijke Energievisie & Strategie (RRES) voor Energielandschap 2050 Waasland en Oost-Vlaams Kerngebied” en uitschrijven bestek via een vereenvoudigde onderhandelingsprocedure met voorafgaande bekendmaking werden vastgesteld.
Het besluit deputatie van 21 januari 2021 ter gunning van de opdracht “Opmaak & Ontwerp van een Regionale Ruimtelijke Energievisie & Strategie (RRES) voor Energielandschap 2050 Waasland en Oost-Vlaams Kerngebied” aan SWECO
De beslissing van de deputatie van 4 februari 2021 om de opdracht “Procesbegeleiding en -ondersteuning bij de opmaak van de Regionale Ruimtelijke Energievisie & Strategie (RRES) voor Energielandschap Waasland & Oost-Vlaams Kerngebied” te gunnen aan ENDEAVOUR
Het besluit van deputatie van 3 juni 2021 waarin de procesnota en huishoudelijk reglement en de mandaten van gedeputeerden An Vervliet en Riet Gillis en hun opvolgers in de stuurgroep van het proces 'Energielandschap 2050 Waasland' worden goedgekeurd.
De goedkeuring van het ambitiekader 1.0 in kader van de Ruimtelijke Regionale Energievisie en Strategie 2050 Waasland door de provincieraad op 10 november 2021.
De provincieraad neemt kennis van het communicatieplan en de tussentijdse resultaten in kader van de opmaak van de Ruimtelijke Regionale Energievisie en strategie 2050 Waasland.
De voorzitter geeft de provincieraad mee dat de stemming zal gebeuren inclusief de correctie van volgende materiële vergissing: in artikel 1 en 2 van het besluit wordt de zinsnede ‘voor de interne leden’ weggelaten.
Tussenkomsten: geen
De Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) bepaalt dat na de installatie van een nieuwe provincieraad wordt overgegaan tot de benoeming van een nieuwe commissie voor ruimtelijke ordening (PROCORO).
De leden van de provinciale commissie voor ruimtelijke ordening worden benoemd voor zes jaar. Hun benoeming is hernieuwbaar. Na de installatie van een nieuwe provincieraad wordt overgegaan tot de benoeming van een nieuwe commissie. De nieuwe commissie treedt pas aan nadat de provincieraad de leden ervan heeft benoemd en nadat de toezichttermijn, vermeld in artikel 248, § 1, van het Provinciedecreet van 9 december 2005, is verstreken. De oude commissie blijft zolang aan.
De PROCORO telt 23 leden, de voorzitter inbegrepen, 22 plaatsvervangers en een vaste secretaris. De vaste secretaris is niet stemgerechtigd. Leden van de provincieraad of de deputatie kunnen geen lid van de adviescommissie zijn.
De samenstelling is als volgt:
1° de voorzitter, zijnde een onafhankelijke deskundige inzake ruimtelijke ordening, voorgedragen door de deputatie;
2° twee leden, gekozen uit een dubbeltal deskundigen inzake ruimtelijke ordening, voorgedragen door de werkgeversorganisaties, vertegenwoordigd in de Sociaal-Economische Raad van Vlaanderen;
3° twee leden, gekozen uit een dubbeltal deskundigen inzake ruimtelijke ordening, voorgedragen door de werknemersorganisaties, vertegenwoordigd in de Sociaal-Economische Raad van Vlaanderen;
4° twee leden, gekozen uit een dubbeltal deskundigen inzake ruimtelijke ordening, voorgedragen door de landbouworganisaties, vertegenwoordigd in de Strategische Adviesraad voor Landbouw- en Visserij;
5° drie leden, gekozen uit een dubbeltal deskundigen inzake ruimtelijke ordening, voorgedragen door andere organisaties dan sociaal-economische of landbouworganisaties, vertegenwoordigd in de Milieu- en Natuurraad van Vlaanderen;
6° twee leden, gekozen uit een dubbeltal deskundigen inzake ruimtelijke ordening, voorgedragen door een representatieve vereniging, opgericht op particulier initiatief in de vorm van een vereniging zonder winstoogmerk, met zetel in het Vlaamse Gewest of in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest, met als enige doelstelling het duurzame ruimtegebruik, de kwaliteit van de stedenbouw, de ruimtelijke ordening en de ruimtelijke planning;
7° vier leden, gekozen uit een dubbeltal deskundigen inzake ruimtelijke ordening van het provinciebestuur, voorgedragen door de deputatie;
8° zeven leden, onder wie de ondervoorzitter, gekozen uit een dubbeltal deskundigen inzake ruimtelijke ordening, voorgedragen door de deputatie uit de diensten op provinciaal niveau voor economie, toerisme en recreatie, huisvesting, infrastructuur, landbouw, leefmilieu en onroerend erfgoed;
9° de vaste secretaris, voorgedragen door de deputatie.
De plaatsvervangers van de leden worden eveneens gekozen uit een dubbeltal deskundigen, voorgedragen door de instanties en organisaties, vermeld in het derde lid.
Bij de benoemingen dient verder rekening te worden gehouden met artikel 200 § 2 van het gemeentedecreet dat stelt dat ten hoogste twee derde van de leden van de hier bedoelde raden en overlegstructuren van hetzelfde geslacht is. Zo niet kan niet op rechtsgeldige wijze advies worden uitgebracht. De omzendbrief BB2007/03 van 4 mei 2007 van de Vlaams minister van binnenlands bestuur, stedenbeleid, wonen en inburgering verduidelijkt dat deze bepaling bij de samenstelling van de PROCORO's en GECORO's enkel van toepassing is op de effectieve leden.
* * *
De provincieraad heeft op 19 juni 2019 een voorzitter, een ondervoorzitter, een vaste secretaris, externe en interne effectieve en plaatsvervangende leden van de nieuw samen te stellen provinciale commissie voor ruimtelijke ordening (PROCORO) benoemd.
Conform artikel 1.3.2 § 4 van de Vlaamse codex ruimtelijke ordening (VCRO) wordt een lid dat voortijdig zijn mandaat stopzet, vervangen door zijn plaatsvervanger tot een nieuw lid is benoemd. Het lidmaatschap van de leden eindigt op de datum, waarop de organisatie of de instantie die de voordracht deed, een nieuw lid voordraagt ter vervanging van het betrokken lid.
* * *
Marleen Goethals, die in de PROCORO zetelde als lid van de VRP, gaf aan dat haar engagement niet meer combineerbaar is met haar huidige professionele takenpakket. Marten Dugernier, die thans haar plaatsvervanger is, zal in haar plaats als effectief lid zetelen.
Luc Bauters, die namens de cel Erfgoed van de provincie in de PROCORO zetelt, is met pensioen gegaan op 1 mei 2022. Stani Vandecatsye, eveneens lid van de cel Erfgoed, zal zijn plaats innemen.
Marjolein Hantson, die plaatsvervangend lid was van Sven Taeldeman, heeft op 10 mei 2022 de provincie verlaten. Zij wordt vervangen door Jan Lescrauwaet van de dienst Mobiliteit
Iñaki Colpaert, die thans als effectief lid in de PROCORO zetelt namens de dienst Klimaat, Natuur & Milieu, zal deze plaats afstaan aan zijn collega Bert Willaert. Iñaki Colpaert wordt vanaf nu plaatsvervangend lid in de plaats van Liesbeth De Vetter.
Carine Van Bever, die namens de SERV als effectief lid in de PROCORO zetelt, ruilt haar plaats voor die van haar plaatsvervanger, Julien Van Geertsom, die op zijn beurt als effectief lid zal zetelen.
VOKA vraagt tevens om haar vertegenwoordiger Luc De Mey en zijn plaatsvervanger Guido Vonck te vervangen door respectievelijk Dirk Mattheeuws (effectief lid) en Lorenzo Van Tornhaut (plaatsvervanger)
Marten Dugernier zetelde reeds als plaatsvervangend lid in de PROCORO namens de VRP en is voldoende deskundig op het gebied van ruimtelijke ordening.
Bert Willaert is beleidsmedewerker voor de Dienst klimaat, milieu & natuur en is voldoende deskundig op het gebied van ruimtelijke ordening.
Jan Lescrauwaet is beleidsmedewerker voor de Dienst Mobiliteit en is voldoende deskundig op het gebied van ruimtelijke ordening.
Stani Vandecatsye is archeoloog en beleidsmedewerker voor de cel Erfgoed en is voldoende deskundig op het gebied van ruimtelijke ordening.
Julien Van Geertsom zetelde reeds als plaatsvervangend lid in de PROCORO namens de SERV en is voldoende deskundig op het gebied van ruimtelijke ordening.
Dirk Mattheeuws is omgevingsdeskundige en architect. Verder is hij voorzitter bij Netwerk Architecten Vlaanderen? Hij is voldoende deskundig op het gebied van ruimtelijke ordening.
Lorenzo Van Tornhaut is ingenieur-architect en voormalig adviseur stedenbouw. Hij is voldoende deskundig op het gebied van ruimtelijke ordening.
De nieuwe samenstelling voldoet bij de effectieve leden aan de regels van de man-vrouwverhouding, opgesteld door de Vlaamse overheid.
Externe leden |
| |||
Effectief lid | Plaatsvervanger |
| ||
Dirk Mattheeuws (SERV) | Lorenzo Van Tornhaut (SERV) |
| ||
Katrien Moens (SERV) (VOKA) | Jan Geers (SERV) (VOKA) |
| ||
Julien Van Geertsom (SERV) (ABVV) | Carine Van Bever (SERV) (ABVV) |
| ||
Tanja Durinck (SERV) | Fredrik Snoeck (SERV) (ACV) |
| ||
Maarten Stuer (SALV) (BB) | Johan Sanders (SALV) (BB) |
| ||
Paul Cerpentier (SALV) | Lieven De Stoppeleire (SALV) |
| ||
Jenny De Laet (Minaraad) | Trees De Muynck (Minaraad) |
| ||
Jo Naessens (Minaraad) | Lieve Van Bockstael (Minaraad) |
| ||
Nicolas Van Isterdael (Minaraad) | Jurgen Tack (Minaraad) (Landelijk Vlaanderen) |
| ||
Marten Dugernier (VRP) | Marleen Goethals (VRP) |
| ||
Patrick Maes (VRP) | Sally Lierman (VRP) |
| ||
Interne leden |
| |||
Effectief lid | Plaatsvervanger |
| ||
Marie-Paule De Poorter - (dienst Integraal Waterbeleid) | Tineke Buysse - (dienst Integraal Waterbeleid) |
| ||
Ellen Geerts – (dienst omgevingsvergunningen) | Ellen Witdouck – (dienst omgevingsvergunningen) |
| ||
Pierre Goffaux - (Toerisme Oost-Vlaanderen vzw) | Stijn Vinck - (Toerisme Oost-Vlaanderen vzw) |
| ||
Bram De Winne - (directie Economie, Landbouw & Platteland, Europese en Internationale samenwerking) | Pascal de Meyer - (team Economie) |
| ||
Luc Taragola - (centrum De Boerekreek en domein Nieuwdonk) | Alain Van Ghyseghem - (domein Het Leen) |
| ||
Erik Tjampens - (dienst ruimtelijke planning) | Wim Van Loo - (dienst ruimtelijke planning) |
| ||
Sven Taeldeman - (dienst Mobiliteit) | Jan Lescrauwaet – (dienst Mobiliteit) |
| ||
Nele Wauman - (dienst Landbouw en Platteland) | Koen Fauconnier - (dienst Landbouw en Platteland) |
| ||
Bert Willaert - (dienst Klimaat, Milieu & Natuur) | Inaki Colpaert - (dienst Klimaat, Milieu & Natuur) |
| ||
Stani Vandecatsye - (dienst Erfgoed) | Martine Pieteraerens - (dienst Erfgoed) |
| ||
Michel De Vos - (dienst Patrimonium) | Emma Vanommeslaeghe - (dienst Patrimonium) |
| ||
| Voorzitter | |||
| Sylvie Van Damme | |||
| Secretaris | |||
| Mark Cromheecke | |||
Voor de volledigheid wordt vermeld dat de vergaderingen van de PROCORO worden bijgewoond door volgende vertegenwoordigers van de fracties van de provincieraad (dit zijn geen leden van de PROCORO):
Fracties van de provincieraad | ||
CD&V | Filip Van Laecke |
|
GROEN | Lut De Jaeger |
|
N-VA | Walter Roggeman |
|
Open VLD | Vera De Merlier |
|
SP.A. | Bruno Matthys |
|
Vlaams Belang | Christian Bauwens |
|
artikel 1: Wordt benoemd tot nieuw effectief lid van de PROCORO:
| effectief lid | stemmen |
Lid 1 | Julien Van Geertsom (SERV) (ABVV) | 33 voor - 1 onthouding |
Lid 2 | Marten Dugernier (VRP) | 33 voor - 1 onthouding |
Lid 3 | Bert Willaert - (dienst Klimaat, Milieu & Natuur) | 33 voor - 1 onthouding |
Lid 4 | Stani Vandecatsye– (cel Erfgoed) | 33 voor - 1 onthouding |
| Lid 5 | Dirk Mattheeuws - (SERV) (VOKA) | 33 voor - 1 onthouding
|
artikel 2: Worden benoemd tot nieuw plaatsvervangend lid van de PROCORO:
| plaatsvervangend lid | stemmen |
Lid 1 | Carine Van Bever (SERV) (ABVV) | 33 voor - 1 onthouding |
Lid 2 | Marleen Goethals (VRP) | 33 voor - 1 onthouding |
Lid 3 | Jan Lescrauwaet - (dienst Mobiliteit) | 33 voor - 1 onthouding |
Lid 4 | Iñaki Colpaert - (dienst Klimaat, Milieu & Natuur) | 33 voor - 1 onthouding |
| Lid 5 | Lorenzo Van Tornhaut – (SERV) (VOKA) | 33 voor - 1 onthouding
|
Tussenkomsten: geen
Voor de subsidies van 2022 werd het systeem ‘projectoproep gevolgd door overleg met de IGS coördinatoren in functie van een mogelijks gezamenlijk inzetten van de middelen en het bewaken van provinciale doelstelling’ (cfr. de tussentijds evaluatie) toegepast.
De projectoproep werd uitgestuurd aan alle IGS Wonen coördinatoren op 1 maart 2022.
De projectoproep bevat in grote lijnen volgende punten: de indiendatum, de beoordelingscriteria, oproep tot overlegmoment, de verdelingswijze van het budget mocht dit ontoereikend zijn, de verbintenissen die van een aanvrager verwacht worden. In bijlage de volledige projectoproep zoals verzonden. De uiterste indiendatum werd nadien, op vraag van de IGS coördinatoren, verplaatst naar 15 juli 2022.
Uit overleg met de coördinatoren op 25 maart 2022 bleek dat er voorlopig (nog) niet zou worden samengewerkt om met verschillende IGS’en samen een project uit te voeren. IGS Wonen Zuid Oost-Vlaanderen en IGS Wonen Woonwijzer Waasland lieten weten dat ze een subsidieaanvraag zouden indienen. Alle overige IGS’en lieten op dat ogenblik weten niet te zullen indienen.
Uiteindelijk hebben 3 intergemeentelijke samenwerkingsprojecten een aanvraag tot subsidie ingediend:
De ene subsidie werd aangevraagd door IGS Wonen lokaal woonbeleid Zuid Oost-Vlaanderen (SOLVA-clusters) en dient voor de conformiteitsonderzoeken op een meer efficiënte manier aan te pakken via de ontwikkeling van een digitaal platform, door een externe ontwikkelaar, voor het inplannen, uitvoeren en opvolgen van woning(kwaliteit)controles. Deze controles gebeuren tot vandaag nog met pen en papier, waardoor controleurs na een plaatsbezoek op hun bureau nog eens allerhande gegevens moeten overbrengen in hun computer en in VLOK (= Vlaamse online applicatie rond woningkwaliteit). Dit is dubbel werk. Via een digitaal platform met gebruik van een digitale drager (bv. tablet of smartphone) bij de controle zelf kan tijdswinst geboekt worden (elimineren van dubbele werk). Er zal bovendien werk gemaakt worden van een online agenda tool voor de 19 aangesloten gemeentebesturen om de controles in te plannen. Hiervan wordt eveneens een aanzienlijke tijdwinst verwacht. Tenslotte zal ook de digitalisering van (een deel van) de administratie mogelijk zijn. Ook alle andere Oost-Vlaamse IGS’en zouden met het digitaal systeem aan de slag kunnen gaan. IGS Wonen lokaal woonbeleid Zuid Oost-Vlaanderen vraagt hiervoor een subsidie aan van 20 000 EUR, te weten: 18 000 EUR voor de ontwikkeling van het digitale platform en 2 000 EUR voor de aankoop van 4 tablets. In bijlage het volledige aanvraagformulier.
De andere subsidie werd aangevraagd door IGS Wonen Woonwijzer Waasland (IGS Waas 1, 2 en 3) en dient voor het plaatsen van 235 woonmeters bij kwetsbare doelgroepen. Het betreft min of meer een verlengingsaanvraag van hetzelfde project door de Provincieraad goedgekeurd in zitting van 23 september 2021 met één nieuwe component. Er wordt gesteld dat de vraag naar de Woonmeter bij partners van het project groter is dan het huidige aanbod. Woonmeters dienen om maatschappelijk kwetsbare gezinnen inzicht te geven in de kwaliteit van hun binnenmilieu. Het is een ondersteunende tool voor correct verwarmen en verluchten. Het is tevens een preventief instrument rond vocht- en schimmelproblemen. De plaatsing van de woonmeter verloopt in de meeste gevallen binnen het kader van de energiescan. De energiescanners van vzw Den Azalee volgen een opleiding over de woonmeter, over verluchten en verwarmen én over woningkwaliteit via IGS Wonen Woonwijzer Waasland. Op die manier hebben ze de juiste én volledige expertise. Via samenwerkingen met sociale partners (OCMW’s, armoedeorganisaties, sociale woonorganisaties, …) moeten de Woonmeters terechtkomen bij de beoogde doelgroep (= kwetsbare gezinnen). Nieuw is dat men de Woonmeter ook zou gaan inzetten binnen een positieve promocampagne rond het aanvragen van een conformiteitsattest, met oog op verhuring van de woning. De verhuurder die vrijwillig een conformiteitsattest aanvraagt zou gratis een Woonmeter ontvangen (plaatsing via energiescanners van vzw Den Azalee). Hierdoor zou de verhuurder geruster moeten zijn in het correct verluchten en verwarmen van zijn woning door de huurder. De IGS wijst er evenwel op dat sinds kort de Woonmeter onderdeel uitmaakt van het pakket aan gratis energiebesparend materiaal binnen een energiescan. Men kan dus, los van dit project, een Woonmeter bekomen via een energiescan. Het project zou steevast de kost van de Woonmeter op zich nemen, zodat het volledige budget aan energiebesparend materiaal (25 EUR) overblijft voor de burger. IGS Wonen Woonwijzer Waasland vraagt hiervoor een subsidie aan van 10 000 EUR. In bijlage het volledige aanvraagformulier.
De derde subsidie werd aangevraagd door ILV Leie & Schelde. Op het ogenblik van het coördinatorenoverleg bestond hun idee nog niet. Deze aanvraag dient voor het aankopen en opnemen van 150 energiemeters (25 per aangesloten gemeentebestuur) om deze op te nemen in het dienstverleningspakket van de energiescan (dit voor de kwetsbare doelgroepen) + de ontlening ervan aan te bieden via het woon- en energieloket van elke gemeente (dit voor de bredere doelgroep).Een energiemeter is een apparaat waarmee je het energieverbruik van een (huishoud)toestel kan registreren. Het kan dus inzichten bieden in het verbruik van bepaalde toestellen. Doelstelling is om oude, verslindende toestellen, uit rotatie te halen. Er zijn individuele winsten te boeken op vlak van woonkosten (minder verbruik aan elektriciteit voor het gezin in kwestie) en maatschappelijke winsten op vlak van milieu (minder verbruik = minder uitstoot). Het gebruik en de resultaten van de energiemeter worden opgevolgd binnen de energiescan (samenwerking met energiehuis van Veneco). ILV Leie & Schelde vraagt hiervoor een subsidie aan van 3 000 EUR. In bijlage het volledige aanvraagformulier.
De aanvragen van IGS Wonen Zuid Oost-Vlaanderen en ILV Leie & Schelde scoren positief; deze aanvragen zijn een meerwaarde binnen hun huidige werking. De aanvraag van IGS Wonen Woonwijzer Waasland scoort negatief.
IGS Wonen lokaal woonbeleid Zuid Oost-Vlaanderen
Toets aan criteria van de projectoproep:
Er werd geïnformeerd bij Wonen Vlaanderen. Men onderschrijft de meerwaarde van een digitalisering. Wonen Vlaanderen heeft geen plannen om hier zelf werk van te maken.
Tablets worden gezien als reguliere bedrijfsmiddelen, hiervoor kan dus geen subsidie bekomen worden.
Delen van het eindproduct met andere besturen en IGS'en op te nemen als voorwaarde in het besluit.
De aanvraag krijgt een positieve beoordeling met score van 14,5/20.
ILV Leie & Schelde
Toets aan criteria van de projectoproep:
Vervolgtraject en inhoud draaiboek op te nemen als voorwaarden in het besluit.
De aanvraag krijgt een positieve beoordeling met score van 13/20.
IGS Wonen Woonwijzer Waasland
Toets aan criteria van de projectoproep:
De Woonmeter maakt ondertussen deel uit van het reguliere besparingspakket van Fluvius. Er zal reeds door IGS Wonen Woonwijzer Waasland een draaiboek worden opgemaakt op basis waarvan andere IGS Wonen aan de slag kunnen gaan met de Woonmeter. De aanvraag scoort daarom geen punten op 'meerwaarde voor andere IGS'en' en 'noodzaak'.
De aanvraag krijgt een negatieve beoordeling met score van 9,5/20. Deze aanvraag wordt afgewezen.
Er is voldoende budget om de positief beoordeelde aanvragen te ondersteunen.
§1. Het provinciebestuur kent op het budget 2022 een subsidiebedrag van 18 000 EUR toe aan IGS Wonen Zuid Oost-Vlaanderen; SOLVA “Intergemeentelijk Samenwerkingsverband voor ruimtelijke ordening en socio-economische expansie” met ondernemingsnummer: 0200.305.493. De subsidie dient voor de ontwikkeling van een digitaal platform voor de digitalisering van woning(kwaliteit)controles. De subsidie zal worden uitbetaald op 1 november 2022 op rekeningnummer (IBAN): BE25 0910 0068 4382 .
§1bis. Specifieke voorwaarden voor de subsidie:
§1ter. De ontvangen subsidie moet besteed worden aan datgene waarvoor ze is aangevraagd en thans toegekend. Hiervoor wordt verwezen naar de subsidieaanvraag zoals ingediend bij Provincie Oost-Vlaanderen. De subsidie kan niet gebruikt worden voor personeelskosten van de intergemeentelijke samenwerkingsprojecten.
§2. Het provinciebestuur kent op het budget 2022 een subsidiebedrag van 3 000 EUR toe aan ILV Leie & Schelde; Wonen Leie & Schelde (Lokaal bestuur Merelbeke) met ondernemingsnummer: 0207.453.207. De subsidie dient voor de aankoop van energiemeters om deze op te nemen in de dienstverlening van de energiescans en ontlening aan te bieden via de woon- en energielokketen binnen hun werkingsgebied. De subsidie zal worden uitbetaald op 1 november 2022 op rekeningnummer (IBAN): BE72 0910 0030 9116.
§2bis. Specifieke voorwaarden voor de subsidie:
§2ter. De ontvangen subsidie moet besteed worden aan datgene waarvoor ze is aangevraagd en thans toegekend. Hiervoor wordt verwezen naar de subsidieaanvraag zoals ingediend bij Provincie Oost-Vlaanderen. De subsidie kan niet gebruikt worden voor personeelskosten van de intergemeentelijke samenwerkingsprojecten.
De projectperiode loopt van 1 november 2022 tot en met 31 december 2023.
§1. De middelen toegekend aan IGS Wonen Zuid Oost-Vlaanderen en ILV Leie & Schelde dienen verantwoord te worden, conform het reglement van 12 oktober 2005. Het gaat om een gedetailleerd activiteitenverslag en een financieel verslag met de nodige verantwoordingsstukken specifiek voor de provinciale subsidie en algemeen voor het volledige project.
Het activiteitenverslag is de inhoudelijke rapportering met evaluatie en met voldoende gedetailleerde gegevens.
§2. De uiterlijke datum voor de bewijslevering is 31 maart 2024.
§3. De Provincie Oost-Vlaanderen heeft het recht om de aanwending van de subsidies te controleren op basis van het reglement van 12 oktober 2005. Als het blijkt dat deze toegekende subsidies niet op de juiste manier werden gebruikt of het project stopgezet is tijdens de subsidieperiode, dan kan dit reden zijn tot gehele of gedeeltelijke terugvordering.
Bij misbruik van subsidies kan dit aanleiding geven tot volledige uitsluiting van elke toekomstige subsidie.
In alle communicatie wordt de samenwerking met het provinciebestuur vermeld en wordt het provinciale logo gebruikt.
De voorzitter geeft de provincieraad mee dat de stemming zal gebeuren inclusief de correctie van volgende materiële fout: in artikel 1 van het besluit wordt de zinsnede ‘€ 1 823 628,80 excl. btw of € 2 206 590,85 incl. 21% btw’ vervangen door ‘€ 2 074 380,16 excl. btw of € 2 510 000 incl. 21% btw’.
Tussenkomst: raadslid Greet De Troyer
Gedeputeerde Kurt Moens reageert namens de deputatie.
In het kader van de opdracht “Raamovereenkomst voor het leveren van brandstoffen” werd een bestek met nr. 2021-1359 opgesteld door de Facilitaire dienst, cel Aankoop. Inzake risico-analyse van de uitvoering en duurzaamheid werd samengewerkt met IDWMD.
De opdracht omvat het leveren van diverse vloeibare brandstoffen zoals diesel voor wegvervoer, benzine RON 95, gasolie voor de verwarmingsinstallaties, gasolie voor tractoren en machines, aromaatvrije brandstoffen voor machines en dit voor alle provinciale diensten en domeinen.
De prijs is het enige gunningscriterium. De prijs wordt berekend aan de hand van een korting, die de inschrijver aanbiedt; op de officiële dagprijs van de soorten brandstoffen. Deze korting wordt opgegeven in een vast bedrag per soort brandstof. Bij het vorige raamcontract was dit nog een kortingspercentage, maar uit marktonderzoek blijkt dat de firma’s door de huidige onzekere prijzen werken met een vast kortingsbedrag in plaats van een kortingspercentage.
De uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op € 2 074 380,16 excl. btw of € 2 510 000 incl. 21% btw. Dit is het totale bedrag voor de duur van 1 jaar + 3 mogelijke verlengingen van een jaar.
De opdracht zal worden afgesloten voor een duur van 12 maanden met mogelijkheid tot 3 maal stilzwijgende verlenging van telkens één jaar. Wegens de huidige onzekere situatie van de brandstofprijzen wordt geopteerd voor deze werkwijze.
Deze raming overschrijdt de limieten van de Europese bekendmaking.
De opdracht overstijgt 140 000 EUR, excl. btw. Dit impliceert dat er moet worden overwogen de opdracht op te delen in percelen. Het is echter geen veplichting. De opdracht 'Raamovereenkomst voor het leveren van brandstoffen" over alle provinciale diensten heen, wordt door de cel Aankoop uitgeschreven omwille van het te bekomen schaalvoordeel, dat zich mogelijkerwijs zal vertalen in een grotere korting op de dagprijs van de brandstoffen. Door het opsplitsen van deze opdracht in verschillende percelen zal er geen evenwaardige korting worden aangeboden dan als de opdracht in 1 geheel wordt uitgeschreven
Er wordt voorgesteld de opdracht te gunnen bij wijze van de openbare procedure.
Het bestuur beschikte bij het opstellen van de lastvoorwaarden voor deze opdracht niet over de exact benodigde hoeveelheden.
Provincie Oost-Vlaanderen treedt op als aankoopcentrale voor Provinciebestuur Antwerpen en haar verzelfstandigde entiteiten bij de gunning van de opdracht. Van de totale raming bedraagt het aandeel van het Provinciebestuur Antwerpen 23%.
Het Provinciedecreet van 9 december 2005 en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 42 en 43, § 2, 11°, betreffende de bevoegdheden van de provincieraad.
De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en wijzigingen.
De wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, meer bepaald artikel 36, en meer bepaald artikel 2, 6° en 7°b (de aanbestedende overheid verricht gecentraliseerde aankoopactiviteiten voor de plaatsing van overheidsopdrachten of raamovereenkomsten die bestemd zijn voor aanbesteders) en artikel 43.
Het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en wijzigingen.
Het koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en wijzigingen.
Het bestek met nr. 2021-1359 en de raming voor de opdracht “Raamovereenkomst voor het leveren van brandstoffen”, opgesteld door de ontwerper worden goedgekeurd. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bestek en zoals opgenomen in de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten voor aannemingen van werken, leveringen en diensten. De raming bedraagt € 2 074 380,16 excl. btw of € 2 510 000 incl. 21% btw voor de duur van 1 jaar + 3 mogelijke verlengingen van een jaar.
Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de openbare procedure.
In toepassing van artikel 2, 6°a en 7°b van de wet van 17 juni 2016 betreffende de overheidsopdrachten, zal Provincie Oost-Vlaanderen optreden als aankoopcentrale in die zin dat ze overheidsopdrachten of raamovereenkomsten met betrekking tot werken, leveringen of diensten plaatst die bestemd zijn voor aanbestedende overheden of aanbestedende entiteiten, meer bepaald :
Provinciebestuur Antwerpen en haar verzelfstandigde entiteiten.
De aankondiging van de opdracht wordt ingevuld, goedgekeurd en bekendgemaakt op nationaal en Europees niveau.
De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het exploitatiebudget van 2023 en volgende jaren op de budgetcodes van de bestellende diensten. De bestellingen die geplaatst worden door het Provinciebestuur Antwerpen en haar verzelfstandigde entiteiten worden autonoom door hen geplaatst.
Tussenkomsten: raadsleden Kenneth Taylor, Martine Verhoeve, Bart Blommaert, Peter Hertog, Elisabet Dooms, Hilde Bruggeman, Greet De Troyer, Kristof Windels
Gedeputeerden Kurt Moens en Riet Gillis reageren namens de deputatie.
Als bijlage wordt de tussentijdse opvolgingsrapportering voor het eerste semester 2022 voorgelegd. U wordt uitgenodigd kennis te nemen van dit rapport.
Titel IV van het Provinciedecreet van 9 december 2005 betreffende de beleids- en beheerscyclus.
Het besluit van de Vlaamse Regering van 30 maart 2018 over de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen.
Het provincieraadsbesluit van 22 juni 2022 waarin de aanpassing aan het meerjarenplan 2020-2025 wordt goedgekeurd.
De provincieraad neemt kennis van het rapport tussentijdse opvolgingsrapportering 2022.
Het rapport tussentijdse opvolgingsrapportering wordt als bijlage aan dit besluit gehecht.
Tussenkomsten: geen
Conform de bepalingen van het provinciedecreet en het organisatiebeheersingssysteem worden de aanpassingen aan de subsidielijst aan de Provincieraad voorgelegd.
Het provinciedecreet van 9 december 2005, gewijzigd bij het decreet van 6 juli 2018, artikel 43, §2, 28°.
Het besluit van de Vlaamse Regering van 30 maart 2018 (gewijzigd met besluit van de Vlaamse Regering van 7 september 2018) over de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen.
Het provincieraadsbesluit van 16 juni 2021 waarin het algemene kader van het organisatiebeheersingssysteem (besluit provinciegriffier van 28 mei 2021) wordt goedgekeurd.
Het provincieraadsbesluit van 22 juni 2022 waarin de aanpassing meerjarenplan, met bijhorende aanpassing van de subsidielijst wordt goedgekeurd.
De Provincieraad keurt de aangepaste subsidielijst goed.
De subsidielijst wordt als bijlage aan dit besluit gehecht.
Tussenkomsten: geen
Het jaarverslag 2021 werd door de algemene vergadering van het OFP Pensioenfonds van de Provincie Oost-Vlaanderen in zitting van 21 juni 2022 goedgekeurd.
Conform artikel 30 van de statuten van het OFP dient het jaarverslag 2021 met activiteitenverslag en jaarrekening ter kennisgeving aan de Provincieraad van Oost-Vlaanderen te worden voorgelegd.
Het Provinciedecreet van 9 december 2005;
De wet van 27 oktober 2006 betreffende het toezicht op de instellingen voor bedrijfspensioenvoorzieningen;
Het provincieraadsbesluit van 13 december 2007 betreffende de omvorming van vzw naar OFP Pensioenfonds van de Provincie Oost-Vlaanderen;
Het provincieraadsbesluit van 21 november 2018 betreffende de wijziging van de statuten van het OFP Pensioenfonds van de Provincie Oost-Vlaanderen;
De Provincieraad neemt kennis van het jaarverslag 2021 van het OFP Pensioenfonds van de Provincie Oost-Vlaanderen, omvattende het activiteitenverslag en de jaarrekening.
Het jaarverslag wordt als bijlage aan dit besluit gehecht.
Tussenkomsten: geen
Het flankerend onderwijsbeleid van de Provincie Oost-Vlaanderen richt zich op het versterken van de onderwijsontwikkeling, het bevorderen van de gekwalificeerde uitstroom en het optimaliseren van de aansluiting van het onderwijs op de arbeidsmarkt.
Vzw Het Beroepenhuis heeft als belangeloze doelstelling jongeren te ondersteunen bij het maken van bewuste en positieve studie- en loopbaankeuzes door contexten te creëren waarin jongeren enerzijds hun talenten en interesses kunnen ontdekken en anderzijds hun horizon (m.b.t. de arbeidsmarkt) kunnen verruimen. Hierbij motiveert de vzw ouders, onderwijs- en bedrijfsmensen, beroepsbeoefenaars en alle andere geïnteresseerden om hieraan op een constructieve manier mee te werken.
Bij provincieraadsbesluit van 27 mei 2020 heeft de provincieraad Caroline Delbaere, toenmalig beleidsmedewerker bij de directie Onderwijs en Vorming van de Provincie Oost-Vlaanderen, aangeduid als vertegenwoordiger in de algemene vergadering en voorgedragen voor het bestuursorgaan.
Sinds het najaar van 2021 werkt Caroline Delbaere niet meer voor de directie Onderwijs en Vorming waardoor de Provincie op dit moment geen vertegenwoordiger meer heeft in de algemene vergadering van de vzw Het Beroepenhuis.
In de loop van 2022 wordt ook het bestuursorgaan van vzw Het Beroepenhuis opnieuw samengesteld en ook hiervoor kan een nieuwe vertegenwoordiger worden voorgedragen.
De coördinator flankerend onderwijsbeleid van de directie Onderwijs en Vorming van de Provincie Oost-Vlaanderen is vanuit diens functie de eerste contactpersoon voor de samenwerking met vzw Het Beroepenhuis en heeft vanuit diens functie zicht op alle doelstellingen van de Provincie Oost-Vlaanderen die bij de werking van vzw Het Beroepenhuis (kunnen) aansluiten.
Aan de provincieraad wordt gevraagd een nieuwe vertegenwoordiger aan te duiden in de algemene vergadering van vzw Het Beroepenhuis en deze tevens voor te dragen als lid van het bestuursorgaan.
Het Provinciedecreet van 9 december 2005.
Het provincieraadsbesluit van 27 mei 2020 houdende de goedkeuring van de nieuwe statuten van Het Beroepenhuis vzw, de aanduiding van een vertegenwoordiger in de algemene vergadering en de voordracht van een natuurlijk persoon voor het bestuursorgaan.
De provincieraad duidt
de coördinator flankerend onderwijsbeleid
aan om de Provincie Oost-Vlaanderen te vertegenwoordigen in de algemene vergadering van vzw Het Beroepenhuis.
De provincieraad draagt
de coördinator flankerend onderwijsbeleid
voor het bestuursorgaan van vzw Het Beroepenhuis voor.
Een afschrift van dit besluit zal worden bezorgd aan de vertegenwoordiger van de Provincie Oost-Vlaanderen en vzw Het Beroepenhuis.
Tussenkomst: raadslid Kristof Windels
Motivatie:
Dit voorjaar en deze zomer kende we een ongekende hitte, met telkens de waarschuwing bescherm jezelf en drink voldoende water.
Veel organisatoren (privé – openbare besturen) van grote en kleine evenementen en festivals namen dan ook hun verantwoordelijkheid en voorzagen in gratis drinkwater. Vaak in de vorm van gratis waterbars waar je jouw eigen beker of drinkfles kan opvullen, wat ook het milieu ten goede komt.
In schril contrast staat daarbij het verloop van de voorbije editie van Popeiland in het domein Puyenbroeck. Het was die dag enorm warm, er waren duizenden kinderen aanwezig, weinig drankenstands, massaal lange rijen om gesuikerde frisdranken te kopen aan weinig democratische prijzen, maar vooral geen gratis drinkwater te verkrijgen… dit alles terwijl in het persbericht de bezoekers aangeraden wordt voldoende water te drinken.
Om dit in de toekomst te vermijden,
als service naar de bezoekers van evenementen om het voor hen zo aangenaam mogelijk te maken,
in het belang ook van de gezondheid en het milieu,
stellen wij voor om op alle evenementen georganiseerd door de provincie Oost-Vlaanderen gratis kraanwater te voorzien.
Concreet voorstel tot wijziging van een bestaand voorstel:
Het voorstel wordt gewijzigd als volgt:
Op elk evenement georganiseerd door het provinciebestuur Oost-Vlaanderen wordt gratis kraanwater verstrekt, tenzij er argumenten zijn (juridisch, contractueel en situationeel) waardoor dit niet mogelijk is.
Raadslid Kristof Windels licht zijn voorstel toe.
Tussenkomsten: raadsleden Greet De Troyer, Erwin Goethals, Kenneth Taylor
Gedeputeerde Kurt Moens reageert namens de deputatie.
Raadslid Koen Roman wenst zijn fout uitgebrachte stem te wijzigen van 'tegen' naar 'voor'. Dit wordt zo opgenomen in de stemuitslag.
Motivatie:
Dit voorjaar en deze zomer kende we een ongekende hitte, met telkens de waarschuwing bescherm jezelf en drink voldoende water.
Veel organisatoren (privé – openbare besturen) van grote en kleine evenementen en festivals namen dan ook hun verantwoordelijkheid en voorzagen in gratis drinkwater. Vaak in de vorm van gratis waterbars waar je jouw eigen beker of drinkfles kan opvullen, wat ook het milieu ten goede komt.
In schril contrast staat daarbij het verloop van de voorbije editie van Popeiland in het domein Puyenbroeck. Het was die dag enorm warm, er waren duizenden kinderen aanwezig, weinig drankenstands, massaal lange rijen om gesuikerde frisdranken te kopen aan weinig democratische prijzen, maar vooral geen gratis drinkwater te verkrijgen… dit alles terwijl in het persbericht de bezoekers aangeraden wordt voldoende water te drinken.
Om dit in de toekomst te vermijden,
als service naar de bezoekers van evenementen om het voor hen zo aangenaam mogelijk te maken,
in het belang ook van de gezondheid en het milieu,
stellen wij voor om op alle evenementen georganiseerd door de provincie Oost-Vlaanderen gratis kraanwater te voorzien.
Concreet voorstel:
Op elk evenement georganiseerd door het provinciebestuur Oost-Vlaanderen wordt gratis kraanwater verstrekt, tenzij er argumenten zijn (juridisch, contractueel en situationeel) waardoor dit niet mogelijk is.
Raadslid Olaf Evrard licht zijn vraag toe.
Gedeputeerde An Vervliet beantwoordt de vraag namens de deputatie.
Vraag gericht aan (gouverneur / deputatie / beide):
Deputatie
Duiding provinciaal belang van de vraag:
Popeiland is een jaarlijks terugkerende organisatie van de provincie Oost-Vlaanderen. Dit jaar sprak men naargelang de bron van 9.000 tot 12.000 bezoekers. Hoe dan ook dreigt dit initiatief het slachtoffer te worden van zijn eigen succes. De volgende zaken kon ik persoonlijk vaststellen:
Ik heb de stellige indruk dat dit kinderfestival de commerciële toer opgaat en ik betreur dit ten zeerste. Een dergelijk evenement is toch de gedroomde gelegenheid om kinderen een aantal zaken op hun eigen niveau duidelijk te maken, zeker op het vlak van klimaat, milieu en milieubescherming. Ik dacht nochtans dat deze deputatie volop wou inzetten op deze thema's.
Concrete vraag:
Was de organisatie voorzien op een dergelijke toeloop van kinderen en volwassenen?
Had de organisatie voldoende rekening gehouden met de weersomstandigheden, in concreto het extreem warme weer?
Waarom werd hier niet vroeger ingegrepen?
Moet de organisatie niet steeds meer mikken op het genereren van inkomsten door dit initiatief al te groot en al te spectaculair te willen maken? Doet dit geen afbreuk aan het oorspronkelijke doel?
Raadslid Elisabet Dooms licht haar vraag toe.
De vraag van raadslid Philippe De Coninck (IR 8) wordt aansluitend behandeld. Raadslid Philippe De Coninck licht zijn vraag toe.
Gedeputeerden Leentje Grillaert en An Vervliet beantwoorden beide vragen gezamenlijk namens de deputatie.
Mevrouw de gouverneur geeft de provincieraad een aanvullend antwoord.
Vraag gericht aan (gouverneur / deputatie / beide): beide
Duiding provinciaal belang van de vraag:
Na de regenzomer van vorig jaar was het deze zomer bijzonder warm. Naast warm was het vooral heel droog. Te droog. Dit heb je liever geen 2 jaar na elkaar en helaas zijn we er naar op weg. Alhoewel er provincies zijn die er nog erger aan toe zijn, wil ik hier toch volgende vragen over stellen:
Concrete vraag:
Dit agendapunt werd samen met agendapunt IR 4 behandeld.
Vraag gericht aan (gouverneur / deputatie / beide):
deputatie
Duiding provinciaal belang van de vraag:
Integraal Waterbeleid en betrokkenheid bij interbestuurlijk overleg
Concrete vraag:
Een droogte zoals we nog bijna nooit meegemaakt hebben en de overheid, na interbestuurlijk overleg in de Droogtecommissie, neemt geen enkele maatregel t.a.v. particulieren, wijl de landbouwers die voorzien in onze voedselvoorziening wel specifieke oppompbeperkingen opgelegd hebben gekregen.
Welke houding heeft de provincie in deze commissie aangenomen en hoe motiveert ze die?
Dit agendapunt wordt samen met agendapunt IR 9 behandeld. Door de afwezigheid van mevrouw de gouverneur worden beide vragen na agendapunt IR 4 behandeld.
Raadslid Olaf Evrard licht zijn vraag toe.
Raadslid Philippe De Coninck licht zijn vraag toe.
Gedeputeerde Leentje Grillaert beantwoordt beide vragen gezamenlijk namens de deputatie.
Mevrouw de gouverneur geeft de provincieraad een aanvullend antwoord.
Vraag gericht aan (gouverneur / deputatie / beide):
Deputatie
Duiding provinciaal belang van de vraag:
Er is heel wat te doen rond de 58 polders en wateringen die Vlaanderen momenteel rijk is. Alle 58 polders en wateringen hebben een apart polderbestuur. Samen zijn zij verantwoordelijk voor 10.000 km onbevaarbare waterwegen. Het gaat vaak om kleine beken en grachten. In de praktijk zijn zowel de polderbesturen als gemeenten en provincies bevoegd voor de waterlopen, met daar nog eens bovenop de Vlaamse Waterweg en de Vlaamse Watermaatschappij. De polderbesturen innen een eigen belasting, de zogenaamde “geschotten”. Daartoe worden jaarlijks 340.000 aanslagbiljetten verstuurd die ongeveer 8 miljoen euro opleveren.
De Vlaamse regering wil nu een eind maken aan die polderbelasting. Daarnaast wil minister Demir de polderbesturen grondig hervormen wegens te versnipperd en te ondemocratisch. Het zou ook de bedoeling zijn om de polderbesturen te integreren in ofwel de provincies ofwel de Vlaamse overheid.
Een interne audit van de Vlaamse Watermaatschappij schetst intussen een vernietigend beeld van het bestuur van 3 Oost-Vlaamse polders die alle 3 door eenzelfde ontvanger-griffier geleid worden. Ik herinner mij trouwens dat in de vorige legislatuur gedeputeerde Gillis daarover verschillende initiatieven heeft ingediend.
Concrete vraag:
Hoeveel polderbesturen telt de provincie Oost-Vlaanderen?
Welke rol speelt de provincie Oost-Vlaanderen in deze polderbesturen?
Zijn de problemen in de 3 polderbesturen die al jarenlang in opspraak zijn gekomen, intussen al opgelost?
Werd de provincie Oost-Vlaanderen al gecontacteerd door minister Demir met betrekking tot haar plannen om de polderbesturen mogelijk te integreren in de provincies?
Dit agendapunt werd samen met agendapunt IR 3 behandeld.
Vraag gericht aan (gouverneur / deputatie / beide):
deputatie
Duiding provinciaal belang van de vraag:
Polderbesturen
Concrete vraag:
Welke rol kan de Provincie op zich nemen bij een volledig disfunctioneren van het polderbestuur of bij een collectief ontslag van het bestuur?
Welke preventieve maatregelen kan de Provincie dan nemen om wateroverlast tegen te gaan en om de veiligheid van de aangelanden te garanderen?
In welke mate ziet de Provincie de integratie van Polders en Wateringen als een natuurlijke vervollediging van de eigen bevoegdheid “Integraal Waterbeleid”?
Raadslid Kenneth Taylor licht zijn vraag toe.
Gedeputeerde An Vervliet beantwoordt de vraag namens de deputatie.
Vraag gericht aan (gouverneur / deputatie / beide):
deputatie
Duiding provinciaal belang van de vraag:
Provinciaal domein Den Blakken
Concrete vraag:
Momenteel is vzw Hoomaar en het Overkop Huis gevestigd in het gebouw op het provinciaal domein Den Blakken.
Zal dit in de toekomst zo blijven of voorziet de deputatie een andere invulling van dit gebouw?
Raadslid Annemie Charlier licht haar vraag toe.
Gedeputeerde Riet Gillis beantwoordt de vraag namens de deputatie.
Vraag gericht aan (gouverneur / deputatie / beide):
Vraag gericht aan de deputatie
Duiding provinciaal belang van de vraag:
Provinciaal belang: de provincie Oost-Vlaanderen organiseerde een groepsaankoop waarbij Mega als leverancier groene energie uit de bus kwam.
Situatie: Vorig jaar ging het energiebedrijf, waarmee de provincie in zee was gegaan voor de groepsaankoop van groene energie, failliet. Vele gebruikers moesten hals over kop op zoek naar een nieuwe energieleverancier. Ook voor het provinciebestuur was dit geen goede reclame omdat de contractanten zich in de steek gelaten voelden door de provincie, ook al werd een hulplijn opgezet.
Daarna werd een nieuwe groepsaankoop georganiseerd, waarbij Mega als energieleverancier uit de bus kwam. Opnieuw hebben vele Oost-Vlamingen de stap gezet naar de groepsaankoop die aangeboden werd door de provincie.
Op donderdag 1 september konden we in de pers vernemen dat ‘De energieleverancier Mega voortaan een toeslag aanrekent aan eigenaars van zonnepanelen met terugdraaiende teller. Voor een gemiddelde installatie kan het gaan om 810 euro extra per jaar.’
Concrete vraag:
Vraag aan de deputatie:
Raadslid Martine Verhoeve licht haar vraag toe.
Gedeputeerde Kurt Moens beantwoordt de vraag namens de deputatie.
Tussenkomsten: raadsleden Olaf Evrard, Marleen Van De Populiere, Elisabet Dooms, Kenneth Taylor, Bart Blommaert
Vraag gericht aan (gouverneur / deputatie / beide):
deputatie
Duiding provinciaal belang van de vraag:
Provinciaal onderwijs
Concrete vraag:
Het lerarentekort is duidelijk hot item en niet meer weg te denken uit het nieuws.
Ons huidig onderwijsmodel heeft zijn houdbaarheidsdatum bereikt; sommige kranten hebben het zelfs over een noodtoestand.
Wat is de situatie in ons provinciaal onderwijs bij de opstart van het nieuwe schooljaar ? Konden alle vacatures worden ingevuld, en zo niet kan dit aan de hand van cijfers worden toegelicht ?
Raadslid Kenneth Taylor licht zijn vraag toe.
Gedeputeerde Leentje Grillaert beantwoordt de vraag namens de deputatie.
Vraag gericht aan (gouverneur / deputatie / beide):
deputatie
Duiding provinciaal belang van de vraag:
Toegewezen bevoegdheid aan de deputatie waarover cf. het Provinciedecreet vragen kunnen gesteld worden
Concrete vraag:
Wat zijn de belangrijkste oorzaken dat de deputatie geen beslissing binnen termijn kan nemen i.g.v. beroep tegen weigering vergunning door lokaal bestuur?
Kan het dat in de tussentijd het ambtelijk advies verandert van gunstig onder voorwaarden tot negatief zonder dat de deputatie beslissing neemt?
Is de deputatie er zich van bewust hoe dit overkomt bij burgers die recht zoeken? En hoe dit zijn weerklank vindt in de media?
Wordt dit en op welke wijze gecommuniceerd aan de burger - rechtszoeker?
Raadslid Kenneth Taylor licht zijn vraag toe.
Gedeputeerde Leentje Grillaert beantwoordt de vraag namens de deputatie.
Tussenkomsten: raadsleden Olaf Evrard, Martine Verhoeve
Vraag gericht aan (gouverneur / deputatie / beide):
deputatie
Duiding provinciaal belang van de vraag:
Provinciale bevoegdheden en partnerschappen
Concrete vraag:
Dit najaar is de VRT te gast in het Gents Wintercircus voor het WK voetbal. De samenwerking rond het WK is ruimer dan alleen de locatie voor de uitzendingen. Ik citeer uit de krant “Het is een breed partnerschap van VRT, de Stad Gent, de toeristische sector, de sociale economie en de provincie Oost-Vlaanderen. De focus daarbij ligt op de beleving van het WK, met allerlei publieksevenementen, ….”
Wat houdt deze samenwerking concreet in? Kostprijs? Return? Op grond van welke provinciale bevoegdheid?
Raadslid Peter Hertog licht zijn vraag toe.
Gedeputeerde An Vervliet beantwoordt de vraag namens de deputatie.
Tussenkomst: raadslid Kenneth Taylor
Vraag gericht aan (gouverneur / deputatie / beide):
deputatie
Duiding provinciaal belang van de vraag:
betreft provinciale domeinen
Concrete vraag:
Een abonnement op De Ster is pas verkrijgbaar tot 31 mei. Nochtans zijn later verkochte abonnementen niet in het nadeel van de provincie, maar eerder van de aankoper. Vraag om deze einddatum niet meer toe te passen. + vraag om goedkopere tarieven voor niet-oost-vlaamse 65-plussers.
Raadslid Filip Van Laecke licht zijn vraag toe.
Gedeputeerde An Vervliet beantwoordt de vraag namens de deputatie.
Mevrouw de gouverneur geeft de provincieraad een aanvullend antwoord.
Vraag gericht aan (gouverneur / deputatie / beide):
deputatie / gouverneur
Duiding provinciaal belang van de vraag:
De laatste jaren worden vele openbare domeinen in ons land geconfronteerd met overlast met onveiligheidsgevoelens bij de bezoekers als gevolg. Ook enkele van onze provinciale domeinen waren de voorbije maanden mikpunt van overlast en kregen af te rekenen met agressie en vandalisme door jongeren.
Concrete vraag:
In mei van dit jaar nam de provincie reeds enkele maatregelen en zette zij extra bewaking in op haar recreatiedomeinen. Die maatregel kwam er na eerdere incidenten in het zwembad van Puyenbroeck in Wachtebeke en op andere locaties in de provincie, zoals de Blaarmeersen in Gent. Niettegenstaande deze maatregelen stelden er zich deze zomer opnieuw problemen o.m. in de zwemzone in het domein Puyenbroeck. Jongeren afkomstig van buiten Oost-Vlaanderen betastten er enkele meisjes en een aantal enkelingen probeerden met een valse QR-code binnen te geraken.
In hoeveel provinciale domeinen hebben er zich deze zomervakantie problemen van overlast voorgedaan?
Werden er in dat kader door de politie administratieve aanhoudingen verricht?
Hoe worden de maatregelen die de provincie in mei en vervolgens in juli genomen heeft geëvalueerd?
Welke conclusies worden er getrokken o.b.v. de problemen die zich deze zomer hebben gesteld? Welk beleid zal de provincie verder voeren om de veiligheid te waarborgen alsook te verhogen in onze domeinen?
Werden er ook in de provinciale domeinen in andere provincies gelijkaardige problemen van overlast vastgesteld? Is er hieromtrent overleg geweest met andere provinciebesturen / gouverneurs?
Raadslid Filip Van Laecke licht zijn vraag toe.
Gedeputeerden Riet Gillis en Kurt Moens beantwoorden de vraag namens de deputatie.
Tussenkomst: raadslid Bart Vermaercke
Gedeputeerde Riet Gillis vraagt na of de nieuwsbrief mobiliteit ook kan doorgestuurd worden aan alle provincieraadsleden.
Vraag gericht aan (gouverneur / deputatie / beide):
Deputatie
Duiding provinciaal belang van de vraag:
Vorige week zijn er in onze provincie opnieuw tienduizenden jongeren naar school getrokken. Bij het begin van het schooljaar wordt er op vele plaatsen bijzondere aandacht geschonken aan veiligheid op de weg.
Concrete vraag:
Op welke manier organiseert het provinciebestuur deze herstart in samenwerking met de scholen om dit op een veilige en vlotte manier te doen?
In hoeverre is er ook vanuit de provinciale scholen zelf aandacht geweest voor veilig verkeer?
Hoeveel lokale besturen hebben gebruik gemaakt van de ondersteuning die men kan krijgen bij de opmaak van fietsroutekaarten?
Welke concrete acties worden hieromtrent genomen om dit instrument kenbaar te maken bij de steden en gemeenten in onze provincie?