Afwaarts in het stroomgebied treedt wateroverlast op. Om de afwaartse problematiek zoveel mogelijk te beperken, is er vanuit de dienst Integraal Waterbeleid voorgesteld om het te voorziene bekken voor de bronmaatregelen uit te breiden zodat bijkomend ook afstroming van onverharde oppervlakte vertraagd kan worden afgevoerd. Het aandeel van de provincie voor de bouw van dit bekken zal 76% bedragen, terwijl 11% ten laste van Aquafin en 13% ten laste van de gemeente/Farys wordt gelegd, a rato van het volumeaandeel in het bekken.
Voor beide rioleringsprojecten (het bovengemeentelijke technisch plan en het gemeentelijke project) werd een eerste raming opgesteld in 2015. Deze raming (zie bijlage) is nu aangepast aan het huidige ontwerp en geactualiseerd op basis van de indexering adhv de conjunctuurtabel. Het geschatte aandeel van de provincie Oost-Vlaanderen voor het bufferbekken komt neer op 17,35 % van de totale kost van de werken of 76 % van de kost voor de aanleg van het bufferbekken.
In de samenwerkingsovereenkomst wordt er voorzien dat de provincie de gronden van het bekken aankoopt zodat wij er eigenaar van worden en het bekken ook kunnen onderhouden. Om de lasten gelijk te verdelen, zullen Aquafin en Farys de kosten voor de aankoop aan de provincie terug betalen in ruil voor het onderhoud ervan.
Een gedetailleerde raming zal worden opgemaakt bij verdere uitwerking van het project in de ontwerpfase. Het onderhavig besluit geldt dan ook slechts als een principieel akkoord omtrent de samenwerking. Eens de definitieve raming beschikbaar is, zal deze ter goedkeuring worden voorgelegd.
Provinciedecreet van 9 december 2005 en latere wijzigingen.
Wet van 28 december 1967 betreffende de onbevaarbare waterlopen.
Decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018.
Wet inzake overheidsopdrachten van 17 juni 2016, in het bijzonder art. 31.
Principiële goedkeuring wordt gegeven aan de samenwerkingsovereenkomst met Aquafin N.V. en Farys voor ‘het aanleggen van een bufferbekken in Visser te Erpe-Mere’. De samenwerkingsovereenkomst maakt integraal deel uit van dit besluit.
Delegatie wordt gegeven aan de Deputatie voor het ondertekenen van de overeenkomst.