Terug
Gepubliceerd op 22/08/2023

2023_PR_00114 - Vervolgstappen beleidsplan 'Maak Ruimte voor Oost-Vlaanderen 2050' - Goedkeuring

Beleidscommissie 1
di 29/08/2023 - 18:00 Raadzaal
2023_PR_00114 - Vervolgstappen beleidsplan 'Maak Ruimte voor Oost-Vlaanderen 2050' - Goedkeuring 2023_PR_00114 - Vervolgstappen beleidsplan 'Maak Ruimte voor Oost-Vlaanderen 2050' - Goedkeuring

Motivering

Motivering

Het beleidsplan “Maak Ruimte voor Oost-Vlaanderen 2050” moet een visie schetsen over hoe we in de toekomst willen omspringen met de schaarse ruimte in de provincie: hoe we kunnen komen tot een klimaatgezonde provincie in 2050 door een evenwicht te bewerkstelligen tussen het gebruik van ruimte voor maatschappelijke activiteiten en de ruimte die de nodige ecosysteemdiensten levert. Het beleidsplan wordt dan voor het grondgebonden beleid van de Provincie de grondslag en realisatiegerichte langetermijnvisie richting 2050 (Strategische Visie) en 2035 (de Beleidskaders).

Met het uitgewerkte traject dat is afgelegd sinds de startbeslissing van de provincieraad op 30 januari 2019, werd getracht invulling te geven aan de decretaal vastgelegde procedure voor de opmaak van een beleidsplan ruimte en aan het Europees Charter Participatieve Democratie in Ruimtelijke Planningsprocessen dat het provinciebestuur ondertekende.

Het intensieve traject waar de afgelopen jaren stap voor stap aan is gewerkt, was erop gericht om binnen de huidige legislatuur de volledige procedure tot opmaak en definitieve vaststelling van een

beleidsplan te kunnen doorlopen. Het beleidsplan diende hiermee het Provinciale Ruimtelijke Structuurplan uit 2003 te vervangen. Het is duidelijk dat er inmiddels echter een geactualiseerde visie nodig is op de omgang met onze ruimte, zowel op vlak van landbouw, economie, natuur, als wonen.

 

Het is een understatement te stellen dat de periode van het openbaar onderzoek niet in stilte verliep. Dat hoeft ook niet: een beleidsplan verdient een grondige discussie. Evenwel moet worden vastgesteld dat naast de paniekzaaierij en valse berichten er ook zeer pertinente opmerkingen gemaakt werden bij het beleidsplan. Zeker ook de manier waarop het kaartmateriaal zijn beslag kreeg is problematisch. Er worden daarnaast kanttekeningen gemaakt bij de autonomie van de gemeentebesturen, bij de algoritmische benadering van het beleid, bij de financiële impact, bij de toekomstige leefbaarheid van en op het platteland. 

 

Een beleidsplan werpt terecht de blik vooruit in de toekomst en moet dan ook een lange tijd gestand doen. Het is daarom dan ook van het grootste belang dat dit beleidsplan de nodige gedragenheid heeft bij de partners waarmee het ten uitvoer dient te worden gebracht: met name de gemeentebesturen en de Vlaamse overheid. Er wordt vastgesteld dat die gedragenheid er momenteel niet is en dat een remediëring binnen de huidige procedure – zeker ook gezien de strikte termijnen – niet waarschijnlijk is. Minstens dringt zich een nieuw en grondig participatietraject op mét de gemeentebesturen en de middenveldorganisaties. 

 

Het is daarbij ook expliciet de bedoeling om het studiewerk en studiedagen die geleid hebben tot het huidig ontwerp beleidsplan verder mee te nemen in de opmaak van een nieuw ontwerp. Het is daarenboven ook expliciet de bedoeling om de reacties op het huidig ontwerp, zoals ingeleverd tijdens de periode van openbaar onderzoek, te synthetiseren en te gebruiken om een nieuw ontwerp op te stellen. Dit nieuwe ontwerp beleidsplan kan dan op zijn beurt in openbaar onderzoek worden gebracht. 

 

Directe effecten: rechtzetting

Volgende stappen moeten worden uitgevoerd bij de intrekking van de goedkeuring van het ontwerp beleidsplan:

  • communicatie via de provinciale kanalen in het algemeen en aan de indieners van reacties in het bijzonder,
  • communicatie naar de adviesinstanties waaronder de lokale besturen over deze intrekking
  • onderzoek naar de provinciale besluitvorming sinds maart 2023, eventuele rechtzetting en bijhorende communicatie

Deze rechtzetting zal gemotiveerd worden met klemtoon op de wens om tot een beleidsplan te komen dat in overleg met de lokale besturen wordt opgesteld.  We aanvaarden dat deze rechtzetting uiteraard inzet van mensen en middelen zal vergen..

 

Beleidsmatige consequenties op de (kortere) termijn 

Met de intrekking van het ontwerp valt de provincie terug op het voorontwerp van het beleidsplan en het provinciaal structuurplan (waarvan de logische geldigheidsduur al geruime tijd is verlopen). 

 

Timing

De timing die binnen het huidige proces werd vooropgesteld leidde tot een beleidsplan in het voorjaar van 2024. Er kan evenwel geconcludeerd worden dat het steevast beter is om tot een gedragen beleidsplan te komen dan tot een ‘snel’ beleidsplan.

Gezien de wenselijkheid om tot een nieuw ontwerp te komen, gezien de wenselijkheid om daar de nodige tijd bij uit te trekken voor een stevige participatieronde met de lokale besturen en gezien ook de lokale verkiezingen van 2024 met de installatie van nieuwe besturen, dient men effectief de nodige tijd uit te trekken.

Een realistisch tijdspad lijkt om in 2023 de verschillende reacties grondig te synthetiseren, vanaf 2024 te werken aan een nieuw ontwerp en hierover in de loop van 2025 in gesprek te treden met de lokale besturen. Voor de voorlopige vaststelling kan gestreefd worden naar het jaar 2027.

 

Budget en personeel

De opmaak van een beleidsplan vraagt veel inzet van personeel en middelen, zowel voor studiewerk als voor communicatie en participatie.

Daarom is het de wens om zo veel mogelijk van het voorbereidende studiewerk te hergebruiken en slechts te actualiseren waar nodig. 

Het meerjarenplan zal worden aangepast waar nodig om de hierboven vermelde verwerking van de reacties en voorbereiding van een nieuw ontwerp mogelijk te maken. Het zal aan een nieuwe bestuursploeg zijn om al dan niet de nodige middelen te voorzien binnen een nieuw meerjarenplan in de volgende bestuursperiode. 

 

Deputatie en provincieraadsleden zijn zich bewust van het vele en grondige werk dat door heel wat medewerkers van het provinciebestuur bij de opmaak en begeleiding van het beleidsplan werd verricht en willen daarover ook expliciet hun appreciatie uitdrukken. 

 

Belangrijk daarbij is om aan te geven dat er ook bewust voor gekozen wordt om het werk van de afgelopen jaren niet zomaar overboord te gooien en verder te gebruiken als basis bij de opmaak van een nieuw ontwerp beleidsplan. Tenslotte is het ook in het belang van de medewerkers van het provinciebestuur dat zij in hun vele contacten met de lokale besturen kunnen blijven werken binnen een context van wederzijds begrip en vertrouwen. 

 

Operationele impact op de lopende planprocessen

De provincie voerde tijdens het voorbije proces een consequent beleid waarbij, steeds vanuit beslissingen van de deputatie de operationele acties werden gekoppeld aan het beleidsplan in opmaak. Dit zowel binnen lopende processen (afstemmen van de inhoudelijke doelstellingen) als bij de opstart van acties of programma'sEen intrekking van het ontwerp beleidsplan kan dan ook leiden tot bijkomende effecten binnen deze acties en programma's. De impact daarvan dient verder onderzocht.
Ook het klimaatactieplan dat in 2021 werd geactualiseerd, van toepassing op de periode 2021-2025, heeft het ontwerp beleidsplan ruimte mee als grondslag. Hiertoe werd namelijk geen nieuw klimaatplan opgemaakt aangezien de nieuwe doelstellingen en uitdagingen van het klimaatplan onder meer in het Beleidsplan Ruimte in opmaak geïntegreerd zijn.

 

Toekomstige plannen, programma’s, partnerschappen …

Op vandaag wordt niet enkel gewerkt aan lopende acties maar worden ook nieuwe acties en partnerschappen opgestart. Deze partnerschappen, projectaanvragen en programma-opbouw werd tot vandaag gekoppeld aan het proces voor de opmaak van een provinciaal beleidsplan. Er zal onderzocht worden hoe een doorstart kan gegeven worden aan deze projecten na intrekking van het ontwerp beleidsplan. 

 

Communicatief

Er zal beklemtoond worden dat het provinciebestuur verder in overleg wenst te treden met de lokale besturen. Daarbij zal worden aangegeven dat aan de belangrijke principes waarop het beleidsplan is gebaseerd, en die ook vervat zitten in het voorontwerp, niet kan geraakt worden. Er zal echter ook aangegeven worden dat het provinciebestuur in overleg met de gemeentebesturen – in het volle besef dat er geen à la carte beleid kan worden gemaakt – tot een beleidsplan wil komen die de autonomie van de gemeentebesturen voldoende ruimte geeft, die ontwikkelingskansen voor het platteland blijft bieden en dat voldoende rechtszekerheid biedt. 

 

Het provinciebestuur wil op die manier de vertrouwensband tussen provincie en gemeentes herstellen.

Feitelijke en juridische gronden

  • het provinciedecreet van 9 december 2005, en latere wijzigingen, in het bijzonder artikel 57§3, 4°
  • de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO), vastgesteld door de Vlaamse regering op 15 mei 2009, en latere wijzigingen
  • het besluit van de Vlaamse Regering van 30 maart 2018 tot bepaling van nadere regels voor de opmaak, de vaststelling en de herziening van ruimtelijke beleidsplannen en tot wijziging van diverse besluiten van de Vlaamse Regering in het kader van de regeling van de ruimtelijke beleidsplanning
  • de beslissing van de provincieraad van 30 januari 2019 tot de opmaak van een Provinciaal Beleidsplan Ruimte
  • de conceptnota 'Maak Ruimte voor Oost-Vlaanderen 2050' goedgekeurd door de deputatie op 6 juni 2019
  • het voorontwerp 'Maak Ruimte voor Oost-Vlaanderen 2050' goedgekeurd door de deputatie op 7 april 2022
  • het ontwerp beleidsplan 'Maak Ruimte voor Oost-Vlaanderen 2050' goedgekeurd door de provincieraad op 22 maart 2023
  • de organisatie van het openbaar onderzoek, goedgekeurd door de deputatie op 23 maart 2023
  • het openbaar onderzoek ontwerp beleidsplan en ontwerp plan-MER dat liep van 21 april 2023 tot en met 19 juli 2023

Besluit

Artikel 1

De voorlopige vaststelling van het ontwerp beleidsplan “Maak Ruimte voor Oost-Vlaanderen 2050” door de provincieraad dd. 22 maart 2023 wordt ingetrokken.

Artikel 2

Er wordt – met het voorontwerp van het beleidsplan ‘Maak Ruimte voor Oost-Vlaanderen 2050” als startpunt – werk gemaakt van een nieuw ontwerp beleidsplan. Het voorontwerp van het beleidsplan ‘Maak Ruimte voor Oost-Vlaanderen blijft behouden’. Er wordt naar gestreefd het nieuw ontwerp beleidsplan voorlopig vast te stellen in de loop van 2027. Er zal voorafgaandelijk een ruime nieuwe participatieronde worden georganiseerd met de stakeholders, waaronder minstens de Oost-Vlaamse gemeentebesturen.

Artikel 3

De aangeleverde reacties binnen het voormalige openbaar onderzoek, zullen worden aangewend om het draagvlak van een nieuw ontwerp beleidsplan te versterken. De reeds uitgevoerde studies, participatie- en overlegmomenten,… zullen verder worden meegenomen als basis voor het nieuw ontwerp en geactualiseerd waar nodig.