Planningscontext
De economische zones binnen de gemeente Kluisbergen werden aangeduid als een specifiek economisch knooppunt waarvoor het provinciebestuur de bevoegde overheid is voor het ruimtelijk functioneren.
Een groot gedeelte van de economische zones werd tot 2013 ingenomen door de elektriciteitscentrale van Ruien. Deze elektriciteitscentrale werd stilgelegd en de site is ondertussen volledig vrijgemaakt.
Tussen 2013 en vandaag werd gewerkt aan de reconversie van deze site. Er werd ontwerpend onderzoek en milieueffectonderzoek voor verschillende toekomstscenario’s uitgevoerd en er werd een brownfieldconvenant afgesloten voor de site.
Op vandaag bestaat een visie voor gewenste ruimtelijke ontwikkeling. Om deze visie te kunnen realiseren is het noodzakelijk om deze juridisch te vertalen binnen een Ruimtelijk Uitvoeringsplan.
Deze visie gaat uit van het realiseren van volgende ruimtelijke klemtonen voor het gebied:
A: Inzetten op toekomstgerichte, intensieve, multifunctionele watergebonden bedrijvigheid
B: Ruien-Centraal: een strategische zone voor energie op lokaal en op internationaal niveau
C: Robuust en veerkrachtig: toekomstgericht en adaptief inbedden in de omgeving
D: gemeenschappelijke infrastructuur als ruggengraat van het systeem
Planinhoud
Het Provinciaal Ruimtelijk Uitvoeringsplan ‘Ruien-Centraal’ bestaat uit één enkel deelplan die de site van de voormalige elektriciteitscentrale beslaat alsook een zone van het aanpalende betonverwerkend bedrijf ten noorden en de nodige buffer- en overgangszones.
Bespreking advies PROCORO behandeling openbaar onderzoek
Het openbaar onderzoek over het ontwerp PRUP ‘Ruien-Centraal’ en het bijhorende aangepast ontwerp plan-MER en RVR liep van 29 april 2024 tot en met 27 juni 2024. De PROCORO ontving 4 adviezen en 15 bezwaren.
De adviezen waren afkomstig van:
De PROCORO stelde op basis van de ingediende adviezen, bezwaren en opmerkingen volgende wijzigingen aan het ontwerp PRUP ‘Ruien-Centraal’ en het bijhorende aangepast ontwerp plan-MER en RVR voor:
1. De PROCORO adviseert om in voorschrift (35), (45) en (57)) op te nemen dat het enkel betrekking heeft op de herbouw en nieuwbouw van hoofdgebouwen. De PROCORO vraagt tevens om in het voorschrift te verwijzen naar de decretale van herbouw.
Deze aanpassing is doorgevoerd in de stedenbouwkundige voorschriften (1.11), (2.10) en (3.11) van het definitief RUP.
2. De PROCORO stelt voor om de ligging van de grens tussen artikel 1 en artikel 13 op het grafisch plan aan te passen aan de vergunde situatie.
Deze aanpassing is doorgevoerd op grafisch plan van het definitief RUP.
3. De PROCORO adviseert een voorschrift in te voegen bij het artikel 1: specifiek regionaal kadegebonden bedrijventerrein: “Alle werken, handelingen en wijzigingen die nodig of nuttig zijn voor de verderzetting van de bestaande bedrijfsactiviteiten zijn toegelaten, voor zover ze de uitbouw van een laad- of loskade niet in het gedrang brengen.”
Deze aanpassing is doorgevoerd door de invoeging van een nieuw stedenbouwkundig voorschrift (1.6) in het definitief RUP.
4. De PROCORO adviseert om volgende uitzondering toe te voegen in de toepassing van voorschrift (8): “Nieuwe bedrijfsgebouwen worden maximaal geclusterd als eenvoudige, rechthoekige volumes die orthogonaal geschakeld worden, voor zover bestaande bedrijfsgebouwen de orthogonale schakeling niet verhinderen.”
Deze aanpassing is doorgevoerd in het stedenbouwkundig voorschrift (0.8) van het definitief RUP.
5. De PROCORO adviseert volgende uitzondering in de toepassing van voorschrift (17) toe te voegen: “Nieuwe bedrijfsgebouwen worden orthogonaal op de centrale ontsluitingsweg en/of kade ingeplant voor zover de aanwezigheid van een leidingstraat de orthogonale inplanting niet verhindert. ”
Deze aanpassing is doorgevoerd in het stedenbouwkundig voorschrift (0.17) van het definitief RUP.
6. De PROCORO adviseert voorschrift (33) en (44) te herformuleren: vervangen van de term “bestaande bedrijfsgebouwen gelegen in onderhavig artikel” door de term “naastliggende gebouwen”.
Deze aanpassing is doorgevoerd in de stedenbouwkundige voorschriften (1.9) en (2.9) van het definitief RUP.
7. De PROCORO adviseert een definitie van “bestaande gebouwen, bedrijfsactiviteiten en inrichtingen” in voorschrift (1) in te voegen: “Alle gebouwen, bedrijfsactiviteiten en inrichtingen die op het moment van inwerkingtreding van het RUP als hoofdzakelijk vergund of vergund geacht te beschouwen zijn”. In de toelichting kan een verwijzing naar de regelgeving ter zake worden opgenomen.
Deze aanpassing is doorgevoerd in het stedenbouwkundig voorschrift (0.1) van het definitief RUP.
8. De PROCORO adviseert om de voorschriften (35) (45) en (57) te herformuleren: “Bij nieuwbouw of herbouw van hoofdgebouwen dienen minimaal 2 bouwlagen te worden voorzien. Indien de verdiepingshoogte van één bouwlaag hoger is dan 25 meter, hoeft geen tweede bouwlaag gerealiseerd te worden.”
Deze aanpassing is doorgevoerd in de stedenbouwkundige voorschriften (1.11), (2.10) en (3.11) van het definitief RUP.
9. De PROCORO adviseert om in voorschrift (70) de zin “Bestaande bufferende groenstructuren blijven behouden” te schrappen.
Deze aanpassing is doorgevoerd in het stedenbouwkundig voorschrift (6.2) van het definitief RUP.
10. De PROCORO adviseert om voorschrift (3) aan te passen naar: “Bestaande bebouwing, functies en inrichtingen die vergund (geacht) zijn en afwijken van de stedenbouwkundige voorschriften van dit ruimtelijke uitvoeringsplan, mogen in stand gehouden, verbouwd en gerenoveerd worden.”
Deze aanpassing is doorgevoerd in het stedenbouwkundig voorschrift (0.3) van het definitief RUP.
11. De PROCORO adviseert om in hoofdstuk 5.2.3 van de toelichtingsnota bij de zone C4 toe te voegen dat het ook gaat om een zone aan de overzijde van de Stroomlaan tegenover het bestaande bedrijf Van Maercke.
Deze aanpassing is doorgevoerd in hoofdstuk 5.2.3 van de toelichtingsnota.
12. De PROCORO adviseert om in het plan-MER op te nemen of en hoe de vermelde neerslagsimulatie bij een waterbom de effectbeoordeling bij de watertoets beïnvloedt.
Zoals blijkt uit de bespreking van bezwaarelement (33) in haar advies, acht de PROCORO de vermelde neerslagsimulatie niet bruikbaar bij de uitvoering van de watertoets. Dit wordt bevestigd door de MER-deskundige in hoofdstuk 12.6 van het definitief MER.
13. De PROCORO adviseert om in artikel 2 enkel ter hoogte van de woningen in artikel 15 een overdrukbuffer van 20 meter breed aan te duiden op het grafisch plan.
Deze aanpassing is doorgevoerd op het grafisch plan van het definitief RUP. Om strijdigheid tussen het voorschrift en het grafisch plan te vermijden is gekozen om de bepaling “20 meter breed” te schrappen uit voorschrift (6.1) van het definitief RUP. De grafische aanduiding is dus bepalend voor de omvang van de buffer.
14. De PROCORO adviseert om in voorschrift (69) te bepalen dat noodzakelijke ontsluitingen naar artikel 18 “centrale ontsluitingsweg” kunnen aangelegd worden in de buffer.
Deze aanpassing is doorgevoerd in het stedenbouwkundig voorschrift (6.1) van het definitief RUP.
15. De PROCORO adviseert om in de voorschriften (32), (43) en (51) naast buffervoorzieningen ook infiltratievoorzieningen te vermelden in het tweede lid.
Deze aanpassing is doorgevoerd in de stedenbouwkundige voorschriften (1.8), (2.8) en (3.5) van het definitief RUP.
16. De PROCORO adviseert om aan voorschrift (32) toe te voegen dat het voorschrift niet van toepassing is tussen artikel 1 en artikel 14.
Deze aanpassing is doorgevoerd in het stedenbouwkundig voorschrift (1.8) van het definitief RUP.
17. De PROCORO adviseert om de afbakening van artikel 14 af te stemmen op de bestaande feitelijke toestand en de (eventuele) aanwezigheid van bestaande verboden te wijzigen vegetatie. Desgevallend stelt de PROCORO ook voor om ook de buffer tussen artikel 14 en artikel 1 aan te passen.
De grens van artikel 14 is aangepast aan de feitelijke situatie en de aanwezigheid van verboden te wijzigen vegetatie. Ongeveer 0.24 hectare rietland ter hoogte van perceel 36F (Kluisbergen, 1e afdeling, sectie A) werd opgenomen in artikel 14 “natuur”. In het ontwerp-RUP was deze oppervlakte bestemd als zone voor waterberging (artikel 10). De aanpassing is doorgevoerd op het grafisch plan van het definitief RUP. De aanpassing heeft niet tot een wijziging geleid van de buffer tussen artikel 1 en artikel 14 aangezien ter hoogte van perceel sectie 8D (Kluisbergen, 1e afdeling, sectie A) de bestemming waterberging blijft gelden. Deze bestemming heeft al een bufferende werking tussen de bestemming natuur (artikel 1) en de bestemming kadegebonden bedrijventerrein (artikel 1).
18. De PROCORO adviseert om bij artikel 6 een voorschrift toe te voegen dat de buffer een bouwvrije strook betreft die een natuurlijke inrichting krijgt.
Deze aanpassing is doorgevoerd in het stedenbouwkundig voorschrift (6.2) van het definitief RUP.
19. De PROCORO adviseert om in de toelichtende kolom van voorschrift (80) en (147) te verduidelijken het advies van de netbeheerder wenselijk is bij omgevingsvergunningsaanvragen en bouw-, graaf-, en constructiewerken in de nabijheid van bovengrondse of ondergrondse aardgasvervoerinstallaties.
Deze aanpassing is doorgevoerd in de toelichting bij de stedenbouwkundige voorschriften (9.2) en (23.1) in het definitief RUP.
20. De PROCORO adviseert om bij voorschrift (61) aan te vullen dat werken, handelingen en wijzigingen in functie van de bestaande hoogspanningsinfrastructuur toegelaten zijn op voorwaarde dat bestaande of toekomstige kadegebonden overslagmogelijkheden niet worden gehypothekeerd.
Deze aanpassing is doorgevoerd in het stedenbouwkundig voorschrift (4.2) van het definitief RUP.
21. De PROCORO adviseert om in de toelichtende kolom van voorschrift (144) aan te vullen dat symbolisch wil zeggen dat bij hernieuwingen of wijzigingen aan het tracé de as van de hoogspanningsleiding niet exact vastligt en dat het voorschrift enkel betrekking heeft op bovengrondse transportleidingen.
Deze aanpassing is doorgevoerd in het stedenbouwkundig voorschrift (21.1) van het definitief RUP.
22. De PROCORO adviseert om in de toelichtende kolom van de voorschriften (125) en (133) op te nemen dat ondergrondse hoogspanningsleidingen ook begrepen worden onder het begrip “leidingen”.
Deze aanpassing is doorgevoerd in de toelichting bij de stedenbouwkundige voorschriften (18.3) en (19.3) in het definitief RUP.
23. De PROCORO adviseert de toelichting van voorschrift (110) aan te passen naar “In deze zone zijn bestaande (hoofdzakelijk) vergund(e) woningen aanwezig die nu zonevreemd gelegen zijn. …”
Deze aanpassing is doorgevoerd in het stedenbouwkundig voorschrift (15.1) van het definitief RUP.
24. De PROCORO adviseert de toelichting van voorschrift (112) aan te passen naar “De woonbehoefte voor Ruien en Berchem voorzien in het provinciaal ruimtelijk structuurplan.”
Deze aanpassing is doorgevoerd in het stedenbouwkundig voorschrift (15.3) van het definitief RUP.
25. De PROCORO adviseert de toelichting van voorschrift (113) aan te passen naar “het gebied van de op te heffen verkavelingsvoorschriften is weergegeven op het grafisch plan met volgende aanduiding:”
Deze aanpassing is doorgevoerd in het stedenbouwkundig voorschrift (15.4) van het definitief RUP.
26. De PROCORO adviseert om in voorschrift (116) de eerste zin te schrappen: “Er is een verbod op verkavelen met het oog op woningbouw”.
Door de schrapping van het volledige voorschrift in navolging van punt 26 hieronder werd dit advies zonder voorwerp.
27. De PROCORO adviseert om voorschrift (116) te schrappen.
Voorschrift (116) uit het ontwerp-RUP is niet langer opgenomen in het definitief RUP.
28. De PROCORO adviseert om op pagina 140 van de toelichtingsnota volgende zin te schrappen: “Aansluitend bij het bedrijf bevindt zich een zonevreemde woning. Bij een verdere omvorming naar watergebonden activiteiten (kade-installaties, transportbewegingen) is deze woning niet meer te handhaven. Het is dan ook raadzaam om de woonfunctie hier te doen verdwijnen.”
De zin is geschrapt uit hoofdstuk 5.2.1 van de toelichtingsnota.
29. De PROCORO adviseert om voorschrift (12) te herformuleren naar: “De ontsluiting van nieuwe bedrijven in de gebieden met een aanduiding van gebiedscategorie bedrijvigheid verloopt via de centrale ontsluitingsweg (artikel 18) of via de ontsluiting voor vrachtverkeer (artikel 19).”
Deze aanpassing is doorgevoerd in het stedenbouwkundig voorschrift (0.12) van het definitief RUP.
30. De PROCORO adviseert om in de toelichting van voorschrift (12) op te nemen dat de instandhouding, verbouwing, renovatie van de bestaande ontsluitingen naar de Scheldekaai gevat worden door de overgangsbepaling in voorschrift (3).
Deze aanpassing is doorgevoerd in de toelichting bij het stedenbouwkundig voorschrift (0.12) van het definitief RUP.
31. De PROCORO adviseert om de nummering van de voorschriften aan te passen.
De nummering van de voorschriften is aangepast in het definitief RUP. De nummering is niet langer doorlopend maar onderverdeeld per artikelnummer.
32. De PROCORO vraagt om de decretale definitie van herbouw toe te voegen aan voorschriften (35), (45) en (57).
Deze aanpassing is doorgevoerd in de toelichting bij de stedenbouwkundige voorschriften (1.11), (2.10) en (3.11) van het definitief RUP onder de vorm van een verwijzing naar de artikels van de VCRO die “herbouw” definiëren.
33. De PROCORO adviseert om voorschrift (89) aan te vullen met ‘fiets- en voetgangersverbindingen’.
Deze aanpassing is doorgevoerd in het stedenbouwkundig voorschrift (11.2) van het definitief RUP.
34. Hoewel niet expliciet opgenomen in het besluit van het advies, blijkt uit de bespreking van bewaarelement (18) dat de PROCORO ook adviseert om voorschrift (30) te schrappen aangezien het weinig meerwaarde heeft in combinatie met voorschrift (25).
Voorschrift (30) uit het ontwerp-RUP is niet langer opgenomen in het definitief RUP.
Procesnota
De basis voor het voeren van het geïntegreerde planningsproces voor het PRUP 'Ruien-Centraal' is de informatieve en evolutieve procesnota (update-datum: 17/10/24, gevoegd als bijlage bij dit besluit).
Definitief plan-MER en RVR
Voor het PRUP 'Ruien-Centraal' werden een definitief planmilieueffectenrapport (plan-MER) en een definitief ruimtelijk veiligheidsrapport (RVR) opgemaakt (gevoegd als bijlagen bij dit besluit). Conform artikel 2.2.15 §6 tweede lid VCRO hebben de bevoegde diensten voor milieueffectrapportage en veiligheidsrapportage de kwaliteit van het planmilieueffectrapport respectievelijk ruimtelijk veiligheidsrapport beoordeeld. De kwaliteitsbeoordelingen zijn gevoegd in bijlage bij dit besluit. Van zowel het planmilieueffectenrapport als het ruimtelijk veiligheidsrapport is een niet-technische samenvatting bijgevoegd als bijlage bij dit besluit.
Ontwerp PRUP
Voor het PRUP 'Ruien-Centraal' ligt momenteel het definitief plan (gevoegd als bijlage bij dit besluit) voor vaststelling voor. Zoals voorzien in de VCRO bestaat het ontwerp PRUP uit:
Sturen naar Vlaamse regering
Zoals door art. 2.2.16 §1 VCRO bepaald wordt het provinciaal ruimtelijk uitvoeringsplan samen met het besluit van de provincieraad en het volledige advies van de provinciale commissie voor ruimtelijke ordening onmiddellijk na de definitieve vaststelling met een beveiligde zending bezorgd aan het departement, via een afzonderlijke actie in het digitaal platform.
De provincieraad stelt het provinciaal ruimtelijk uitvoeringsplan (PRUP) 'Ruien-Centraal', het bijhorende planmilieueffectenrapport (plan-MER) en het bijhorend ruimtelijk veiligheidsrapport (RVR), zoals gevoegd als bijlagen bij dit besluit, definitief vast.
Het PRUP 'Ruien-Centraal' wordt samen met het definitieve vaststellingsbesluit en het volledige advies van de PROCORO onmiddellijk na de definitieve vaststelling met een beveiligde zending bezorgd aan het departement Omgeving van de Vlaamse overheid.
Een digitaal afschrift van dit besluit wordt verstuurd naar de leden van het planteam voor het PRUP ‘Ruien-Centraal’ en de leden van de stuurgroep van het brownfieldconvenant 'Kluisbergen-Herpelgem'.