Terug
Gepubliceerd op 03/04/2024

2024_DEP_01632 - Definitieve goedkeuring nieuwe vaststelling rechtspositieregeling - Goedkeuring

Deputatie
do 28/03/2024 - 09:30 deputatiezaal
Goedgekeurd
Dit besluit handelt over een Rechtspositieregeling (RPR).

Samenstelling

Aanwezig

Kurt Moens, Gedeputeerde - wnd. Voorzitter; Leentje Grillaert, Gedeputeerde; Riet Gillis, Gedeputeerde; An Vervliet, Gedeputeerde; Steven Ghysens, Provinciegriffier

Afwezig

Carina Van Cauter, Gouverneur - Voorzitter

Secretaris

Steven Ghysens, Provinciegriffier

Voorzitter

Kurt Moens, Gedeputeerde - wnd. Voorzitter
2024_DEP_01632 - Definitieve goedkeuring nieuwe vaststelling rechtspositieregeling - Goedkeuring 2024_DEP_01632 - Definitieve goedkeuring nieuwe vaststelling rechtspositieregeling - Goedkeuring

Motivering

Motivering

De doelstelling van deze wijziging en nieuwe vaststelling van de rechtspositieregeling is naast actualisering van een aantal bedragen en termen en het realiseren van een aantal quick-win's, het boeken van efficiëntiewinst bij de organisatie van selecties. De wijzigingen kunnen worden ingedeeld in de volgende 3 thema's:

1. Selectieprocedure

Naast het zoeken naar efficiëntiewinst heeft deze nieuwe vaststelling van de rechtspositieregeling ook de bedoeling om selectieprocedures meer op maat van de in te vullen functie en van de dienst waar een functie moet worden ingevuld, te kunnen organiseren.

1.1. Algemeen

Om een algemene versoepeling mogelijk te maken wordt niet langer gesproken over een vast mondeling en schriftelijk gedeelte bij een selectieprocedure maar wel over 2 objectief te quoteren 'selectietechnieken'. Op deze manier is het mogelijk om de selectietechnieken meer op maat te organiseren van de in te vullen functie en de dienst waar deze functie ingevuld moet worden.

Daarnaast schept dit ook mogelijkheden om deze technieken zo te organiseren dat er minder tijd voor nodig is waardoor de doorlooptijd van de selectieprocedure ingekort wordt.

Verder wordt de beoordeling van de geldigheid van de kandidaturen op basis van de volledigheid van het ingediende dossier gedelegeerd naar de provinciegriffier. Wat de selectiecommissie betreft, wordt de vereiste voor de samenstelling van de jury met leden van verschillend geslacht geschrapt.

Daarenboven wordt een overgangsmaatregel ingeschreven die stelt dat wie op 18 maart 2023 (dit is de inwerkingtredingsdatum van het nieuwe kaderbesluit) in totaal 5 jaar in dienst is o.b.v. een tijdelijk contract of vervangingscontract ook kan deelnemen aan interne procedures. Op die manier kunnen we eenmalig een groep trouwe personeelsleden nieuwe loopbaankansen bieden.

Tenslotte geldt voortaan dat wie zich in de rode situatie bevindt, niet langer kan deelnemen aan interne procedures.

1.2. Interne mobiliteit

De nieuwe rechtspositieregeling maakt interne mobiliteit ook mogelijk naar een lagere rang, zoals voorzien in het kaderbesluit.

De ervaringsvereiste wordt versoepeld van 2 jaar naar minstens 1 jaar. Je moet echter steeds buiten de inloopperiode zitten om te kunnen deelnemen.

1.3. Bevordering

Bij procedures van bevordering zal ook hogere ervaring dan minimaal vereist volgens de voorwaarden in aanmerking worden genomen.

1.5. Externe aanwerving

Wie ontslaan is kan voortaan o.b.v. de motivering in het ontslagbesluit geweerd worden uit een procedure van externe aanwerving ten belope van maximaal 5 jaar.

Voor wat betreft externe aanwervingen in het kader van studentenjobs geldt de voorrang op de wervingsreserve nu ook voor een stagiaire die we gunstig evalueren.

2. Loopbaan

Het artikel omtrent dienstvrijstelling bij verplichte opleiding werd geactualiseerd zodat dit niet enkel van toepassing is bij een examen maar ook bij een eindwerk. De terugbetaling bij het niet-slagen wordt al lang niet meer toegepast dus deze werd geschrapt.

Sinds de inwerkingtreding van het Ontslagdecreet voor statutairen op 1 oktober 2023 zijn ontslag en afzetting geen tuchtsancties meer.

De gevolgen van de oranje en rode situatie werden aangescherpt.

De oranje situatie wordt geschorst bij wijziging van functie en stopgezet indien er geen terugkeergarantie is.

Wie in de rode situatie zit, kan niet langer deelnemen aan interne procedures of in aanmerking komen voor een uitbreiding van uren noch kan hij in dit geval doorschalen op vlak van schaalanciënniteit.

In functie van een goede relatie van onze partners waarop wij beroep doen om te zetelen als extern lid in onze selectiecommissies willen wij ook onze personeelsleden de mogelijkheid geven om tijdens de arbeidstijd deel te nemen aan selectiecommissies.

3. Arbeidsvoorwaarden

De regeling rond haardtoelage voor alleenstaanden wordt gealigneerd op het Vlaamse Personeelsstatuut. Als overgangsbepaling geldt dat al wie nu volgens de huidige regels een haardtoelage ontvangt, deze behoudt zolang zich geen wijzigingen voordoen aan de gezinssituatie.

De regels rond vergoedingen voor buitenlandse dienstreizen worden gewijzigd. De term 'buitenlandse' dienstreizen wordt gewijzigd naar 'meerdaagse' dienstreizen gezien het criterium buitenland niet altijd het belangrijkste is. Sommige opleidingen gaan bijvoorbeeld door in Wallonië waardoor het wel efficiënt kan zijn om een overnachting te organiseren waar andere opleidingen net over de Nederlandse grens dan weer wel eenvoudig bereikbaar kunnen zijn binnen een dag. Daarnaast werden deze regels ook geactualiseerd en aangepast opdat deze ook van toepassing kunnen zijn op de terugbetaling van kosten naar aanleiding van missies onder leiding van een gedeputeerde. Voor de onkostenregeling voor personeelsleden die deelnemen aan missies ontbrak immers tot vandaag een regelgevend kader.

De versoepeling van de vergoeding voor duurzaam woon-werkverkeer werd reeds eerder door de deputatie goedgekeurd en wordt nu geformaliseerd in de rechtspositieregeling.

De vergoeding voor dienstverplaatsingen met de wagen is aangepast vanaf 1 januari 2024 op basis van hogere regelgeving. De interpretatie van de vergoeding voor dienstverplaatsingen met de fiets werd gewijzigd zodat de regel van de 'kortste afstand tot bestemming' niet opgaat bij dienstverplaatsingen met de fiets. Woon-werkverkeer met de fiets wordt immers wel vergoed in tegenstelling tot woon-werkverkeer met de wagen.

Anciënniteitsverlof wordt voortaan opgebouwd na elke 4 jaar anciënniteit in plaats van 5 en dit om meer marktconform te zijn in vergelijking met de verlofregeling van andere concurrentiële besturen.

Bij de samenloop van vakantie en ziekte zal de vakantie vanaf 1 januari 2024 worden opgeschort conform Europese regelgeving.

Het ziektekrediet bij statutaire personeelsleden wordt aangepast in die zin dat de 63 dagen niet langer worden verminderd (wel aangepast aan de aanstellingsbreuk), het saldo van 21 ziektekredietdagen zal bovendien niet langer verminderd worden bij ziekte. Onbetaald verlof als recht zal voortaan naar analogie van de andere verlofstelsels wel in rekening worden gebracht.

Omstandigheidsverlof in het kader van langdurige pleegzorg wordt voortaan gelijkgesteld o.b.v. hogere regelgeving.

Tenslotte werden zoals eerder vermeld een aantal bedragen die wettelijk vastliggen geactualiseerd en werden te verregaande details inzake praktische uitvoering weggelaten waar deze niet langer worden opgelegd door het kaderbesluit (zie onder meer de vastlegging van de wervingskanalen of de bepaling wie de verslaggeving ondertekent bij selectieprocedures).


De nieuwe vaststelling werd voorgelegd voor onderhandeling tijdens het vakbondsoverleg van 26 februari 2024. 


De tekst van de nieuwe vaststelling van de RPR wordt integraal opgenomen bij dit besluit. In bijlage werd ook een detailoverzicht toegevoegd.

Feitelijke en juridische gronden

Richtlijn 2003/88/EG van het Europees parlement en de raad van 4 november 2003 betreffende een aantal aspecten van de organisatie van de arbeidstijd

Arbeidsovereenkomstenwet van 3 juli 1978

Provinciedecreet van 9 december 2005

Decreet van 16 juni 2023 tot wijziging van het decreet lokaal bestuur en provinciedecreet wat betreft de beëindiging van de hoedanigheid van het statutaire personeelslid 

Besluit Vlaamse regering van 13 januari 2006 houdende vaststelling van de rechtspositie van het personeel van de diensten van de Vlaamse overheid 

Besluit Vlaamse regering van 20 januari 2023 tot vaststelling van de minimale voorwaarden van de rechtspositieregeling van het personeel van lokale en provinciale besturen 

Besluit deputatie van 12 januari 2023 betreffende de mogelijkheid tot het schrappen van kandidaten uit wervingsreserves 

Besluit deputatie van 29 juni 2023 betreffende de flexibilisering van duurzaam woon-werkverkeer 

Besluit deputatie van 20 juli 2023 betreffende de aanpassing van de vergoeding voor dienstverplaatsingen 

Besluit deputatie van 11 januari 2024 betreffende de principiële goedkeuring en machtiging tot onderhandeling wijziging rechtspositieregeling 

Protocol van de onderhandelingen met de vakorganisaties van 26 februari 2024 

Besluit

De deputatie beslist:

Artikel 1

De rechtspositieregeling voor het personeel van provinciebestuur Oost-Vlaanderen wordt met ingang van 1 april 2024 opnieuw vastgesteld volgens de tekst in bijlage bij dit besluit en er integraal deel van uitmakend.